Nightwish' dikke, pluizige staart krulde nog wat strakker om haar lichaam, nadat ze de zoveelste rilling over haar ruggengraat heen voelde trekken. Ze moest wennen aan de komst van Leaffal, en haar lage temperaturen. Haar vacht was nog dun, niet klaar voor Leafbare, en ze vroeg zich af of de clan klaar was voor de kou die de winter met zich meebracht. Ze hoorde de bladeren buiten ritselen, het waaide hard. Het lawaai dat de gierende wind met zich meebracht, weerhield haar ervan om in slaap te vallen. En StarClan wist dat ze een goede nachtrust kon gebruiken. Ze was de laatste tijd flink afgevallen, al viel dat niet erg goed te zien door haar flinke pels. Maar onder die dikke vacht was ze broodmager. Ze stortte haar lust en haar leven - of wat er nog van over was - in het dienen van haar Clan. Het trauma dat de dood van haar ouders haar had bezorgd, was nog steeds sterk aanwezig. Alleen door zich op haar plichten te storten, kon ze dit enigszins verdringen. Dat, èn het kleine voorraadje papaverzaadjes die ze in haar nestje verborg. Ze wist wel dat de Medicine Cat diezelfde zaden ernstig nodig had, maar wanneer ze ze vond op één van haar tochten, kon ze het niet laten er een paar voor zichzelf te sprokkelen. Met haar klauw trok ze één van de zaadjes naar zich toe, en begon gulzig te kauwen. Na enkele minuten voelde ze haar oogleden zakken. Haar hart begon langzamer te kloppen en een lichte tinteling doemde op in haar poten. Haar kop begon licht te bonzen, en het was een niet al te fijn gevoel in combinatie met de wind buiten. Even dacht ze haar naam van buiten te horen. Waanbeelden. Of toch..? Ze wilde zich overgeven aan haar vermoeidheid, maar opnieuw hoorde ze het geruis. Moeizaam stond ze op, en strompelde naar de uitgang van de Warrior's Den. "Nightwish." De stem was onbekend, of niet eens aanwezig. De papaverzaden maakten haar hoofd licht, het denken ging haar moeilijk af. Verwilderd keek ze naar buiten, hopend op bevestiging dat dit geen hallucinatie was.