Een donkere kater verscheen uit een donker bos, de begroeiing was er zo dicht, dat zelfs het maanlicht de grond niet bereikte. De nacht was inmiddels gevallen en Quantas wist dat hij op dit moment het minst kwetsbaar was, door zijn zwarte vacht en manier van bewegen ging hij als een soort schim door het gebied heen. Inmiddels was hij hier al een hele tijd, en hoewel het eerst niet de bedoeling was geweest, was Quantas vrijwel zeker dat hij hier zou blijven, helemaal na het ontmoeten van zijn broer. Wat geheel tegen zijn verwachtingen was geweest.
Nu liep hij trots met een muis in zijn bek terug naar de grot waar hij de laatste nacht ook al had gespendeerd. Toen Quantas de grot naderde pikte hij de geur op van iets anders, een andere kat. Hij ging een paar tellen stil staan en zuchtte diep. Als hij ergens geen behoefte aan had nu was het wel gezelschap. Quantas hoopte dat de andere kat zijn geur opgepikt had, en daarmee beseft had dat de grot al beseft was, om vervolgens zijn zoektocht naar een slaapplaats te vervolgen. Quantas wist echter wel beter, en toen hij de grot naderde zag hij al een gestalte staan, iets groter dan hij. Voorzichtig had Quantas zijn prooi neergelegd en hij liep richting zijn grot. Enkele meters verder zag hij een kat staan. Het enige wat Quantas deed was stil staan en de kat tegenover hem aankijken, terwijl langzaam zijn nekharen overeind kwamen..
Firts post = Jeff