Cut my ears off

Alles verliep volgens rolletjes. Als of dit was hoe Starclan het wilde. Acepaw, de apprentice waar hij zijn ogen op gezet had was zijn apprentice geworden. Hij was beïnvloedbaar, en naïef voor zijn gevoel. Dus dit moest goed komen. "Klaar voor je gevechtstraining, Ace?" Vroeg de jonge, massieve zwarte warrior. Zijn spieren stonden al gespannen, hij ging zich niet inhouden. Klappen maakte je harder, tegenslagen maakte je sterker, en dat was precies hoe hij zijn trainingsmethode in zou delen.

OOC: Acepaw.

Rowanflame keek neer op Acepaw. Ja, de apprentice was dan wel al groot, Rowanflame was groter. Het antwoord van Acepaw beviel de zwarte kater ook wel, en zijn lippen krulden zich op tot een grijns. "Mooi, steek die nagels van je dan maar uit z'n hulzen," beval hij terwijl hij in een halve cirkel om Acepaw heen liep. Zijn ogen glinsterden van een soort vechtlust. Of lust om van deze onschuldige apprentice een monster te maken. "Val me aan, en hou je niet in!"

Good, good. De apprentice luisterde naar hem, en keek niet raar op bij het nagels-uit-zijn-hulzen-halen. Het was niet gebruikelijk, of eigenlijk niet eens toegestaan om klauw en tand te gebruiken bij gevechtstrainingen. Voor Rowanflame gelde die regels niet. Even leek Acepaw te aarzelen naar zijn idee toen Rowanflame beval dat hij moest gaan aanvallen, maar uiteindelijk luisterde hij en sprong de kater op hem af, met meer kracht dan techniek. "Je hebt je nagels niet voor niets uit z'n hulzen, Acepaw. Dus gebruik ze!" Grauwde hij waarna hij zijwaarts in de richting van Acepaw sprong, en zijn klauw naar de oor van Acepaw sloeg, zijn nagels ontbloot. "Doe meer je best, Acepaw!" Beval hij.

Mooi, hij had het beest uit zijn hol gelukt. Nu tijd om het best een lesje mee te geven. Acepaw deed een poging tot het zetten van zijn nagels in zijn pels. Ja, Acepaw raakte zijn flank en wist een stukje vacht mee te nemen, maar meer dan een schrammetje ontving Rowanflame niet. "Is dat alles?" Daagde hij Acepaw uit. "Probeer iets meer je verstand te gebruiken, kijken naar de posities, naar open plekken, en dan toeslaan. Gecontroleerde, en snelle aanvallen dus, met veel kracht," grauwde hij, waarna hij direct op de voorpoten van Acepaw af dook en hem zo onderuit probeerde te slaan met zijn krachtige voorpoten. Rowanflame was snel en behendig geweest, en de kracht in zijn slag was ook niet verkeerd geweest. Het was een gecontroleerde aanval, en dat soort aanvallen wou hij ook van Acepaw ontvangen. Gecontroleerd, snel, en krachtig.

De opmerking van Acepaw was irritant, maar de brutaliteit er in amuseerde Rowanflame ook weer. Ondanks de woorden van de bruine kater, wist hij toch zijn aanval deels te ontwijken, enkel hield hij er een kras op zijn voorpoot aan over waar bloed uit opwelde. Een lichte manische grijns sierde zijn lippen bij het beeld er van, nu maar hopen dat Acepaw zo wakker geschud werd. De kater leek ook wel licht verbaasd en bleef er ook naar kijken. "Probeerde volgende keer sneller te reageren als je door hebt dat een aanval van voren op je te wachten staat," sprak hij. Hij negeerde wat Acepaw voorafgaand gezegd had. Hij zag hoe Acepaw door zijn poten zakte om vervolgens over hem heen te springen. Zonder enige aarzeling reageerde Rowanflame snel en schoot naar voren, waardoor de aanval van Acepaw ter plekke mislukte. "Laat aan je tegenstander niet merken dat je een aanval gaat uitvoeren. Zorg er voor dat je aanval onopmerkbaar is," vervolgde hij. Hij zou Acepaw blijven corrigeren tot hij er bij neer zou vallen.

Haar groene ogen waren al de hele tijd gericht op het tweetal dat voor haar neus aan het trainen waren. Het was zeer zeker niet de bedoeling dat ze technieken van Rowanflame aan het jatten was. Nee, ze was nieuwsgierig naar hoe hij zijn apprentice zou gaan trainen en wat ze hiervan kon oppikken om aan Fadepaw te leren. Met haar nachtzwarte vacht viel ze gelukkig niet al te veel op in de schaduwen van het bosje waar ze onder lag.
Toen ze merkte dat Acepaw nog een keer uithaalde naar Rowanflame, schoot ze naar voren toe. Met haar slanke, behendige lichaam sprong ze door de lucht en landen op de rug van de gespierde apprentice. Ze wist haar evenwicht zo te bewaren dat ze haar poot een lik kon geven, voordat ze verder sprong en naast de zwarte kater landen. "Je gooit te veel van je kracht in een gevecht," snorde ze naar de apprentice toe, terwijl er een glimlach op haar gezicht stond. "Denk niet dat je een gevecht kan winnen met brute kracht, je moet ook iets van techniek erin moeten verwerven om zo je tegenstander uit het veld te slaan." Ze knikte naar de zwarte kater. "Mja, Rowanflame is je mentor, niet ik," grinnikte ze daarna zachtjes.

Acepaw leek geïrriteerd te raken van het feit dat het voortdurend mislukte. De ervaringen zullen het hem leren, en deze ervaringen ging hij aan hem geven. Hij trainde hem niet voor niets met zijn nagels uit zijn hulzen. En Acepaw moest dat zelf ook niet voor niets doen. Plots kwam er een ander gezelschap bij, ze viel hem aan op zijn rug, en de lippen van Rowanflame krulde op. Dat was Scarletbriar dus, een poes die hem sowieso wel intereseerde, nu iets meer natuurlijk. Haar woorden waren direct tips hoe hij het beter doen kon. Geen overdreven reactie op het bloed, of zo. "En ik als mentor keur het advies van deze dame, hier zo, goed," reageerde hij op haar woorden. 'Ik hoop dat er niet van me verwacht word dat ik zo snel ben.' Rowanflame schudde met zijn kop. "Nee, dat verwacht ik niet van jou," begon hij. "Techniek hoeft niet per se snelheid te betekenen, techniek kan zijn dat je schijnbewegingen gebruikt, dat je afwacht en daarna toeslaat, dat je probeert de aanval an je tegenstander tegen zich probeert te gebruiken," vertelde hij. "Wanneer ik een aanval op jou hoofd richt, kan jij dat, als je goed oplet, opmeken, en er voorzorgen dat jij naar beneden duikt en op mijn buik afschiet. Dan gebruik jij mijn aanval tegen me," legde hij uit.
'Sta je aan mijn kant of word je deel van team zwartlokje?' Vroeg Acepaw. "Volgens mij ben jij hier de gene die getraind wordt, en niet ik," grauwde hij terwijl hij zijn kop naar hem toe boog. "Wat dacht je er van dat jij het op neemt tegen Scarletbriar, en dat ik je ga observeren." vervolgens keek hij naar Scarletbriar, "als jij het hier mee eens bent, natuurlijk," voegde hij er aantoe. "En nagels uit de hulzen, hé."