Bleudust kwam uit het krijgers hol. Het hele kamp was aan het ontwaken want alle katten waren nu zo onderant hun nest al aan het uit komen. Het beloofden dan ook een mooie dag te worden want je kon de vogels al horen fluiten en de prooi al ruiken. Bleudust keek eens rond het kamp. Het viel hem op dat de hoop met prooi verbazingwekkent klein was en hij hadt zelf ook wel zin om te gaan jagen. Dus besloot hij de eerste te zijn die het kamp uit ging en vertrok. Bleudust was aan het rennen toen hij plotseling wat hoorde ritselen en een bekende geur binnen kreeg, het was een muis die opzoek was naar wat voedsel in het struikgewas. om te bepalen waar de geur vandaan kwam deedt hij zijn mond open en ging over in sluipstand. De muis zat rechts van hem en was zo drukbezig dat hij Bleudust niet hoorde aan komen, Bleudust was er bijna toen hij een heel hard gebonk achter zich hoorde. De muis schrok en vluchtte Bleudust draaide zich om en snauwde:Wie is daar!!! Een reusachtige schaduw draaide zich richting Bleudust. Bleudust schrok het was een tweebeen "heeeeeeeeeelp!!!!" schreeuwde hij maar het was te laat hij kon niet meer ontsnappen.