Geconcentreerd en stil zette Dandelionclaw zijn voorpoten geruisloos neer op de drassige ondergrond, zijn blik gefocust op een heerlijk stuk prooidier. De duif die hij in zijn zicht had, pikte rustig aan de grond en was zo geabsorbeerd in zijn taak, dat hij de créme kleurige krijger die op hem af kwam sluipen niet opmerkte. Een lichte grijns trok aan de mondhoeken van de kater. Eitje... Toen hij de juiste afstand had bereikt, liet hij zichzelf dan ook met een machtige sprong gaan en begroef hij zijn klauwen in de vleugels van het dier, elke ontsnapping blokkerend. Met een scherpe beet maakte hij een einde aan het spaarzame leven van de dier. Maar geluid had hij niet gespaard in zijn vangst en hij hoorde ook al snel gemopper, niet te ver van hem vandaan. Hij spitste zijn oren en een glimlach verscheen op zijn lippen terwijl hij zijn stem liet luiden, zonder dat hij de kat al gezien had. Op de gok nam hij aan dat het een poes was. "Ah, sorry lass," de glimlach was zelfs al in zijn stem te horen. De kater stond op, pakte zijn duif op en drukte zichzelf door de struiken heen, waardoor hij de poes aan kon kijken. "Maar ja... De één zijn dood.. Is de ander zijn brood?" grijnsde hij, zijn duif ziende latend.