|
| Viktor 240 Actief
| |
| Onderwerp: Waking up za 15 jan 2011 - 16:15 | |
| Een kitten had zich opgekruld in een hoekje van de nursery, ze leek net een balletje grijs pluis als je niet goed keek. De schaduwen die de nursery lekker donker hielden omhulden haar als een zacht donker deken. Haar flank rees gestaag op en neer terwijl ze zich nog eventjes meer opkrulde. Haar dikke pluizige staartje was om haar heen gekruld, tot aan haar zachtroze neusje. Ze had zich half verborgen in het zachte warme mos, het leek bijna te versmelten met haar pluizige grijze vachtje. Haar snorharen bewogen eventjes met schokkerige bewegingen op en neer, een teken dat ze aan het dromen was. Ze murmelde ook eventjes een beetje in haar slaap, ze droomde over muizen en jagen en een warrior zijn, maar aan elke droom kwam een einde. Haar droom maakte plaats voor duisternis, de duisternis van gesloten ogen. Ze murmelde wat protesterends en wreef over haar snuitje met haar poten. Haar pootkussentjes waren net zo rozig als haar neusje, een teken dat ze nog niet zoveel gelopen had. Langzaam opende ze haar grote amberkleurige ogen, ze keek nieuwsgierig in het rond. Ze knipperde een paar keer en kwam daarna overeind. Een pluk mos bleef op haar rug liggen en voorzichtig probeerde ze erbij te komen, maar haar tanden konden het groene spul niet bereiken. Ze kneep haar ogen eventjes tot spleetjes en probeerde het nog een keer, maar uiteindelijk liet ze zich in een half mislukte jachthouding zakken, jagend op het stukje mos dat zich in haar vacht gehaakt had. Speels grauwend sprong ze rondjes, proberend het af te schudden of te vangen, totdat ze uiteindelijk op de grond neer plofte, deels van vermoeidheid, maar ze had het mos van haar rug, het bengelde tussen haar klauwen. Ze keek eventjes naar haar nestje waar ze net nog gelegen had. Ze had er altijd al groot en deels alleen gelegen, haar moeder was dood gegaan bij haar geboorte, al wouden de anderen niet zeggen waarom, en haar vader.. ja haar vader.. die kende ze dus niet. Maar in Cinderkit's hoofdje kon het niet zoveel gedachtes innemen, ze had ze nooit gekend, dus missen deed ze ze niet. Ze kwam weer overeind en met toch best gracieuze passen voor een kitten liep ze door naar de nursery. Voorzichtig stak ze haar kopje naar buiten, eventjes schuwde ze weg voor het heldere licht van buiten, maar daarna keek ze toch vol bewondering naar buiten, haar amberkleurige ogen straalden. Ooit zou zij een warrior zijn die door dit kamp heen liep en joeg voor haar clan! Maar eerst moest ze nog apprentice worden, al kon dat niet zo lang meer duren. Tenminste.. dat hoopte ze? Ze stapte nu naar buiten en kwam de nursery uit, ze genoot eventjes van de zon die op haar vachtje viel en keek glimlachend om zich heen. Een klein blaadje dwarrelde naar beneden. Voorzichtig probeerde Cinderkit het groene blaadje beet te pakken, maar het gleed telkens buiten bereik. Totdat het de grond raakte, maar toen was het spelletje niet meer leuk, het blaadje was nu stil. Toch zette ze haar klauwen er voorzichtig in, nog steeds gaf het blaadje geen kick. Flauw, dacht ze, daarna ging ze rustig haar pootje likken en schudde ze zich uit. De zon viel lekker warm op haar vachtje en ze keek om zich heen of er nog iets te doen was. |
| | | 114
| |
| Onderwerp: Re: Waking up za 15 jan 2011 - 17:22 | |
| Rustig trok Wrenkit een paar keer met zijn oren. Hij had zich de laatste tijd stilgehouden. Voelde de behoefte niet om zich te laten opvallen. Dat zou hij toch niet trekken. Hij had zijn moeder, Raindrop, en zijn vriend Ashpaw. Dat was genoeg voor hem. Al de dingen die nieuw waren en al de ophef, hij probeerde zich erbuiten te houden. Want zodra de aandacht op hem werd gevestigd begon hij te gloeien onder zijn gestreepte vachtje. Hij moest het niet hebben van zoveel aandacht. Hij was gesloten geworden tegenover anderen, en boven al ook erg nerveus. Meestal werden anderen zo geïrriteerd door zijn verlegen gedrag dat ze gewoon wegliepen. Dus vermeed hij nu het contact maar. Wellicht zou het beter gaan als hij Apprentice werd, dan zou hij met een nieuwe lij kunnen beginnen. Ja, dat was zijn plan. En dat zou het ook blijven. Hij had vaak met ogen, vol verlangen, gekeken naar hoe dapper zijn broer en zus het kamp gewoon al verlieten. Zonder zich wat aan te trekken van de regels. En dan had je ook nog de andere kits, die zich er ook niets van aantrokken. Hij was eigenlijk de enige die zich aan de regels hield, zover hij wist. Hij had ze wel soms gebroken, maar daarna kwam zijn geweten weer. Dat geweten dat hem altijd zoveel kwelde als hij maar een klein dingetje fout had gedaan. Waren zijn ouders ook zo braaf geweest als hem? Zijn moeder misschien wel… Zij was nu immers Deputy, en als Deputy had je veel respect voor de Starclan en de regels. Dus moest ze zich er wel aan houden, toch? Of hij moest er weer eens naast zitten met zijn gedachtes, zoals vaker. Hij kneep zijn ogen dicht en trok met zijn snorharen. Wat als zijn trouw aan de code en Starclan ervoor zou zorgen dat hij te braaf was om Warrior te worden? Hij liet zijn oren hangen. Dat kon toch niet? Als je een goede Warrior wou zijn moest je toch juist loyaal zijn aan dat soort dingen, en vooral aan je eigen clan. Of zat hij er alweer naast? Nou… Iedereen zei dat, maar meer dan de helft zou er waarschijnlijk over liegen. Omdat ze zich er zelf niet aan hielden. Een zucht verliet zijn mond. Waarom moest hij altijd overal over twijfelen? Hij opende zijn ogen weer half, waardoor zijn zicht wazig was. Er was hierdoor veel vocht in zijn ogen, waardoor het het zicht vertroebelde. Afwezig staarde hij voor zich uit. Opnieuw was iedereen weer eens weg… Ze gaven niet meer echt om hem. Hij wedde dat ze zelfs vergeten waren dat hij überhaupt bestond!
Met veel tegenzin kwam hij overeind en rekte hij zijn lichaampje uit. Rustig trippelde hij uit de Nursery. Eigenlijk vond hij tijden zoals dit wel fijn. Het was lekker rustig en niemand kon hem kleineren. Dus zo slecht was het nog niet. Geschrokken zette hij een paar stappen achteruit toen een grijze schim langs hem heen omhoog sprong. Zijn ogen groot, gevuld met angst volgden de grijze schim. Het zat een blaadje achterna, maar faalde erin het te pakken te krijgen in haar klauwen. Gefascineerd keek hij toe. Het blaadje kwam op de grond, en er werd hardhandig een grijze poot opgezet. Hij volgde de grijze poot naar boven, tot zijn blik vast bleef hangen op het grijze gezicht van een mede kitten. Ze was grijs, pluizig en had opvallend heldere amberkleurige ogen. Een tijdje bleef hij gehypnotiseerd – door de helderheid van haar ogen – naar haar kijken. Hij schudde zijn kop, waarna hij naar haar toe trippelde. Nerveus trok hij met zijn oren, terwijl hij haar aankeek. ‘Je had hem bijna te pakken… In de lucht,’ miauwde hij zachtjes. Waar was hij mee bezig? Wellicht had hij haar aangesproken om het feit dat ze niet vijandig leek. Maar dat leek geen enkele kitten, toch? Nou… Eigenlijk leken ze het juist wel allemaal, behalve zij. Zij leek anders. Hij liet zijn blik op de grond vallen, en bleef er strak naar kijken. Te bang om zijn ogen weer op te slaan.
{ Allo! May I (; ? } |
| | | Viktor 240 Actief
| |
| Onderwerp: Re: Waking up za 15 jan 2011 - 18:12 | |
| {Natuurlijk } Cinderkit zette haar grijze pluizige pootje weer op het blaadje neer, het blaadje was ongeveer even groot als haar kop, eventjes hield ze haar kop schuin en keek ze naar de dauwdruppels die zich op de nerven van het blaadje opgehoopt hadden. Kon ze.. zichzelf er in zien? Voorzichtig veegde ze de druppels weg met haar pootje. Daarna schepte ze het blaadje op met haar pootje en gooide het omhoog in de lucht. De bries droeg het mee, weg van haar. Cinderkit schudde eventjes met haar lichaam en sprong er dan met een speelse grauw weer achteraan. Ze maakte de raarste sprongen proberende het blaadje uit de lucht te vissen. Ze landde op vier poten terug in het zachte gras en maakte een teleurgesteld geluidje toen het blaadje zich in de doornen van een doornenstruik haakte. Ze trippelde naar de doornenstruik toe en keek beteuterd naar het blaadje, dat was haar spelletje dus. Ze piepte eventjes klagelijk maar liep daarna weer terug naar de nursery, het was toch een eindje lopen. Vanuit de nursery had het kamp nooit zo groot geleken, maar het bleek toch echt een aardige tocht, tenminste, voor haar korte pootjes wel. Haar rozige kaken openden zich wijd en een zachte gaap kwam naar buiten, het eindigde met een zacht piepje, zoals altijd. Ze knipperde nog een paar keer met haar ogen en spurtte daarna terug naar de nursery. Glijdend kwam ze tot een halt in het nog ietwat vochtige gras, zouden er nog meer blaadjes uit de lucht komen vallen? 'Je had hem bijna te pakken... In de lucht...' Klonk een zachte stem achter haar. Cinderkit draaide zich nieuwsgierig om en glimlachte breed, een glimlach die haar amberkleurige ogen eventjes deed sluiten. Ze kende deze kitten niet goed, hij hield zich meestal afzijdig als ze het zich goed herinnerde, 'Hallo Wrenkit,' Miauwde ze met een vriendelijke maar speelse toon, 'Dank je, ik had hem echt bijna! Maar de wind droeg hem telkens een beetje verder weg tot hij uiteindelijk in de doornstruik terecht kwam, de spelbreker, nu wacht ik op een nieuw blaadje,' ze babbelde vrolijk en keek naar de lucht. Een groot blad dwarrelde sloom naar beneden en wierp een schaduw over haar heen, Cinderkit sperde haar ogen open en reek ernaar, maar uiteindelijk ving het blad haar eerder dan zij het blad. Met een geschrokken miauw schoot ze weg onder het blad en blies ze ernaar, maar al snel kalmeerde ze en sprong ze er boven op. Haar staart zwiepte geconcentreerd en daarna keek ze vrolijk op naar Wrenkit. 'Heb jij broertjes of zusjes?' Miauwde ze nieuwsgierig, ze had nooit zo gelet op de bloedbanden in de nursery, kittens kwamen, kittens gingen. Sommigen hadden ouders in shadowclan, anderen waren wezen. Cinderkit had er eerst wel op geprobeerd te letten, maar dat had ze uiteindelijk opgegeven. Als ze maar met de kittens kon spelen was het prima. Maar ze wou graag met Wrenkit praten dus verzon ze maar wat om te vragen. Pas toen merkte ze dat Wrenkit naar de grond keek. Ze hield haar kop scheef en ze trippelde naar hem toe, ze tilde het blad op aan de steel en sleepte het met zich mee, ze wou haar prooi niet zo maar achter laten! Wie weet ging ze het zo meteen op de prooistapel leggen. Maar dan zouden de warriors waarschijnlijk wel weer boos worden en dan zou ze opnieuw in de problemen zitten... Nee daar had ze absoluut geen zin in. Ze wou niet vast zitten in de nursery. Zij kon er toch niks aan doen dat ze op bladeren joeg? Prooi hoorde op de prooistapel... toch? 'Wat is er? Ben je verdrietig?' Vroeg ze voorzichtig maar bezorgd. Ze legde het blad voor hem neer, 'Jij mag mijn prooi wel hebben!' Bood ze speels maar ook meelevend aan, ze wou hem troosten, ook al wist ze niet waarom hij verdrietig was, als hij dat al was. Emoties gingen vaak langs Cinderkit heen, maar dat kwam omdat ze altijd zo druk was. Bijvoorbeeld met bladeren jagen voor de clan! Maar soms leken de anderen dat niet zo belangrijk te vinden, waarom eigenlijk niet? |
| | | 114
| |
| Onderwerp: Re: Waking up za 15 jan 2011 - 18:48 | |
| Toen er een geschrokken miauw klonk hief hij zijn kop weer op en keek met grote ogen toe. De grijze kitten sprong weg voor een blad. Natuurlijk was het niet zo sierlijk zoals al die andere sprongen echte Warriors, maar hij was wel licht onder de indruk. Zelf had hij het niet kunnen ontwijken; zou gewoon verstijven van angst. Zijn mondhoeken gingen een beetje omhoog, waardoor een zwakke glimlach ontstond. Ze beschouwde het blad echt als een prooi. Hijzelf was die kant van fantasie en inleving al lang geleden verloren, jammer genoeg… Hij wenste diep van binnen dat hij ook zo speels en vrolijk kon zijn als haar. Maar alles in hem zei dat het daar al te laat voor was. Veel te laat. ‘Heb jij broertjes of zusjes?’ De vraag trof hem als een harde snijdende windvlaag in zijn gezicht. Alsof een sterke Warrior hem een klap gaf, met uitgetrokken nagels. Hij zweeg een tijdje, waarna hij één keer naar adem hapte. ‘Ja,’ miauwde hij schor, ‘Graykit en Naughtykit…’ Zijn stem was zachtjes, maar niet meer zo schor. Maar zijn broer en zus waren taboe voor hem. Hij wou er niet over praten. Hij leek totaal niet op ze, niet alleen qua uiterlijk. Maar met zijn innerlijk ook. Hij was de enige met een bruinige vacht en groene ogen, de kleinste en was dan ook nog eens ontzettend braaf. Ze hadden altijd overduidelijk laten blijken dat ze het niet zo op hem hadden. En dan Graykit in het speciaal. Zijn oren gaan hangen, zijn ogen troebel en zijn staart raakte bijna de grond. Hij was de grijze kitten waar hij tegen het miauwen was bijna vergeten. Tot hij het gras onder haar pootjes geplet hoorde worden. ‘Wat is er? Ben je verdrietig?’ klonk de bezorgde miauw. Langzaam hief Wrenkit zijn kop op en keek hij naar de kitten. Hij knipperde een paar keer met zijn ogen, waarna hij zwakjes zijn hoofd schudde. Hij wou zijn zwakte niet tonen, dadelijk zou zij net als de anderen proberen hem belachelijk te maken. En dat kon hij zich niet veroorloven. Hij moest toch op zijn minst proberen één leeftijdsgenoot te vriend te krijgen, toch? Hij bekeek de grijze poes nog eens. Ze had het grote blad – waar ze een tijdje terug voor was weggesprongen – in haar bek bungelen aan zijn steel. Hij knipperde weer een paar keer, zoekend naar haar naam in zijn achterhoofd. Een gevoel van opluchting bekroop hem toen hij haar naam weer herinnerde; Cinderkit. Hij had haar wel eens zien liggen, wist ook wel wat dingetjes over haar moeder. Nou… Eigenlijk alleen dat die was gestorven bij het werpen van haar jongen. Zijn hart kromp ineen. Hij voelde spijt, spijt voor Cinderkit. Natuurlijk zouden zijn spijtgevoelens haar niet helpen haar moeder terug te krijgen. En het zou maar beter zijn als hij dat onderwerp vermeed.
‘Jij mag mijn prooi wel hebben!’ klonk Cinderkit haar opgetogen miauw weer. Een steek trof hem. Alsof een pijnlijke doorn zo door zijn hart werd geduwd. Het gebaar dat ze gaf… Ze wou hem troosten, waarschijnlijk omdat hij er nogal verdrietig uit moest zien. Dat had hij zelf ook nog wel door. Maar had zij dan geen verdriet? Verdriet over haar moeder, dat ze de kat waardoor ze op deze aarde was gekomen weg was, zonder dat zij de kans had gehad haar te leren kennen. Hij liet zijn blik afdwalen naar onder, naar het blad. Een onderdrukte glimlach sierde zijn snoet. Langzaam hief hij zijn blik weer op en keek hij naar Cinderkit. ‘Dank je Cinderkit,’ miauwde hij gemeend. ‘Je moet me ooit eens leren hoe ik dit soort prooien zelf kan vangen, want tot nu toe heb ik nog nooit succes gehad qua jagen,’ grapte hij, zijn stem nog steeds zachtjes. Er zou erg voor nodig zijn om ervoor te zorgen dat hij zijn stem echt zou opheffen. Hij had gewoon de moed niet om de aandacht te trekken van anderen. Hij zwaaide een keer met zijn staart en keek naar de grijze poes voor hem. Ze zag er niet echt verdrietig uit, zelfs niet na die vraag over familieleden. Ze leek enkel bezorgd, over hem. En natuurlijk ook vrolijk. Voorzichtig pakte hij het blad op. Hij was erg voorzichtig geworden met dingen zoals dit. Enkel door die ene dag waar hij Ashpaw had geholpen wat bladeren terug te brengen naar het kamp. Hij wist niet meer wat voor bladeren, maar je moest er erg voorzichtig mee omgaan. Hij wou Ashpaw graag helpen, dus had hij zichzelf voorgenomen te trainen. Te trainen om voorzichtiger te worden en zelf in staat te zijn bepaalde planten en kruiden voor Ashpaw te gaan halen. En nu oefende hij, met dit blad. Het blad dat hij van Cinderkit had gekregen.
{ Sorry voor late post, ghehe. Heb het beetje druk. Oh, en hopelijk kun je er goed op reageren ;x } |
| | | Viktor 240 Actief
| |
| Onderwerp: Re: Waking up za 15 jan 2011 - 19:14 | |
| Cinderkit rekte zich eventjes uit, de hele dag in de weer zijn was toch best wel vermoeiend, al was ze nog niet zo heel erg lang wakker, ze werd wel elke dag steeds groter. Het zou vast niet lang duren totdat Brokenstar haar tot een apprentice maakte. Ze was al... 5 manen? Ze wist het niet meer goed, ze had ze niet geteld. Waarom zou ze ook? Ze zou het vanzelf wel zien. Al had ze een klein beetje spijt dat ze het niet had geteld, want nu kon ze het niet meer bijhouden. Ze keek Wrenkit aan met haar amberkleurige ogen, in haar ambere kijkers was alleen maar nieuwsgierigheid en vrolijkheid te lezen, maar ook bezorgheid toen het antwoord van Wrenkit er schor uit kwam, hij leek ook terug te deinzen voor haar vraag, alsof ze hem geslagen had. Maar dat had ze niet gedaan, toch? 'Ja' Miauwde Wrenkit, 'Graykit en Naughtykit.....' Zijn stem bleef zachtjes. Voorzichtig trippelde Cinderkit lichtjes over het gras heen dat over de kampgrond groeide. Het kietelde onder haar kittenzachte pootkussentjes en het liet haar eventjes stil staan om het gekietel weg te likken, als ze ergens niet tegen kon was het gekietel. Ze schudde haar vacht eventjes uit en het pluis stond weer alle kanten op. Ze nam nooit zo veel moeite om haar vacht te verzorgen, zo lang het schoon was vond ze het prima, dat het pluisde was echt niet erg. Waarom liep ze ook al weer naar Wrenkit terug? Oh ja, hij zag er zo verdrietig uit! Ze ging vlak voor hem zitten en hield haar kopje scheef, ze keek hem recht aan, met een nieuwsgierige twinkeling in haar warme ambere dieptes. Haar pluizige staartje vouwde ze over haar voorpoten en ze kon nog maar net een slaperige gaap onderdrukken. ‘Dank je Cinderkit,’ miauwde Wrenkit, lag het nou aan haar of klonk hij iets vrolijker? Dan was haar missie geslaagd! ‘Je moet me ooit eens leren hoe ik dit soort prooien zelf kan vangen, want tot nu toe heb ik nog nooit succes gehad qua jagen,’ grapte Wrenkit verder. Cinderkit glimlachte warm naar hem, 'Ik doe ook gewoon maar wat, ik spring zo hoog als ik kan en probeer het met mijn pootjes te pakken, maar dan mis ik heel vaak dus dan spring ik nog en keer en nog een keer totdat ik hem heb, al ben ik een keer wel verkeerd geland en dat deed goed pijn want toen viel ik op mijn hoofd, maar na een goede nachtrust was ik weer topfit om weer te jagen!' Babbelde Cinderkit enthousiast, ze mocht Wrenkit wel, hij deed niet zo macho als sommige andere kittens hier deden. Een pluisje vloog langs haar neus heen, zo'n wit pluisje, van zo'n bloem die eerst geel werd en dan wit en pluizig. Ze moest hem wel vangen! Haar glimlach werd weer breed en ze probeerde op haar achterpoten te balanceren, zo probeerde ze het pluisje te vangen. Het ging steeds verder naar achter en nog altijd probeerde ze het vast te grijpen, totdat ze uiteindelijk achterover viel in het gras. Ze keek omhoog naar Wrenkit, 'Oeps?' Miauwde ze verontschuldigend maar wel lachend. Ze sprong weer overeind en landde op vier poten.
'Weet je,' Miauwde Cinderkit, terwijl ze naar de wolkjes in de lucht keek, het witte pluis dat ze wolken noemden leek nog zachter dan het mos dat ze in de nursery had, 'Sommige katten zeggen dat ik mijn moeder wel heel erg moet missen en willen me troosten, maar.. ik heb dat niet nodig, ik heb niet eens een idee wie ze is, ik weet alleen dat ze een geweldig goede warrior was en als ik nu aan haar denk, bedenk ik me dat ze in een geweldige plek is en over mij waakt,' Ze glimlachte en keek nog een keer naar de lucht en daarna naar Wrenkit, een speelse grijns kwam op haar snuit te staan en met een speelse grauw wierp ze zich op Wrenkit, ze was altijd wel dol op speelgevechten, maar ruw zou ze nooit worden, 'Heb je!' Miauwde ze speels terwijl ze zijn staart probeerde beet te pakken met haar pootjes, ze had haar nagels expres niet uitgeklapt, ze wou hem niet pijn doen, ze was ook voorzichtig op hem gesprongen, tenminste, dat hoopte ze. Ze tuimelde perongelijk door een eigen onhandige beweging van Wrenkit af en probeerde hem mee te trekken. |
| | | 114
| |
| Onderwerp: Re: Waking up za 15 jan 2011 - 19:57 | |
| Haar glimlach werkte aanstekelijk, waardoor zijn mondhoeken nog verder omhoog krulden. ‘Ik doe ook gewoon maar wat, ik spring zo hoog als ik kan en probeer het met mijn pootjes te pakken, maar dan mis ik heel vaak dus dan spring ik nog een keer en nog een keer totdat ik hem heb, al ben ik een keer wel verkeerd geland en dat deed goed pijn want toen viel ik op mijn hoofd, maar na een goede nachtrust was ik weer topfit om weer te jagen!’ miauwde Cinderkit blij. Zachtjes grinnikte het kleine katertje. Ze was zo zorgeloos, was hij dat maar. Eindelijk had hij iemand ontmoet die eens anders was en wel aardig tegen hem leek te kunnen doen. Nou… Cinderkit was gewoon aardig! Wellicht had hij nu weer de kans gekregen om nog iemand te vriend te maken. Want hij had maar een vriend… Want zijn moeder was zijn moeder, dus die was gewoon aardig. Duizendmaal dank Starclan, dacht hij stilletjes in zichzelf. Hij knikte eventjes vluchtig, als reactie op haar woorden. ‘Nooit opgeven dus. Zal ik onthouden,’ miauwde hij, zijn stem al iets meer opgetogen. Zijn aandacht werd getrokken door iets wat Cinderkit haar aandacht trok. Een pluisje. Hij hief zijn neus wat meer de lucht in, zodat hij het goed kon volgen. Ineens zag ze iets grijs naar het pluisje toespringen. Een geamuseerde glimlach krulde zich rond zijn lippen. Cinderkit was erdoor afgeleid en zou het nu vangen, kostte wat het kost. Hij bewonderde haar volhardendheid. Het was maar een pluisje, maar toch leek het alsof haar leven ervan af hing of ze het zou vangen of niet. Maar ze hield op met het pluisje achterna springen wanneer ze achterover in het gras viel. Met grote ogen keek hij naar de poes, hopend dat ze zich niet bezeerd had. ‘Oeps?’ Hij zuchtte nauwelijks merkbaar opgelucht. Hij wou niet dat nou juist, nou hij eindelijk iemand gevonden waarmee hij normaal om kon gaan, dat die gewond zou raken. Hij wou sowieso al niet dat iemand gewond zou raken, maar zo’n katten in het speciaal niet. Ze hadden toch een speciaal plekje voor. ‘Weet je,’ Wrenkit vestigde zijn blik weer op de kleine grijze poes. Ze keek naar de wolken. ‘Sommige katten zeggen dat ik mijn moeder wel heel erg moet missen en willen me troosten, maar… Ik heb dat niet nodig, ik heb niet eens een idee wie ze is, ik weet alleen dat ze een geweldig goede Warrior was en als ik nu aan haar denk, bedank ik me dat ze in een geweldige plek is en over mij waakt.’ Wrenkit knipperde lichtjes verbaasd met zijn ogen. Hij had de wijze woorden die over haar lippen kwamen niet verwacht. Ze was tot nu toe zo zorgeloos en blij geweest, niet echt een denktype geweest in zijn ogen. Maar dat alles leek nu allemaal fout te zijn geweest. Zijn glimlach verdween en hij keek naar de hemel, waar af en toe een wolkje het oneindige wit doorbrak. ‘Je hebt gelijk,’ murmelde hij bedenkelijk, ‘Ik weet dat mijn ouders nog gewoon hier zijn. Maar toch heb ik het gevoel dat er nog steeds bepaalde katten alleen over mij waken. Alsof ze iets in mij zien wat ze niet in anderen zien… Alleen zou ik bij Starclan niet weten wat. Het kan ook zijn dat het gewoon maar schijn is. Maar het idee op zich is wel prettig.’
Een grauw van Cinderkit haar kan zorgde ervoor dat hij met een ruk zijn kop draaide. Maar hij was te laat om haar aanval nog te ontwijken. Hij werd tegen de grond geduwd door Cinderkit haar lijf en pluizige pootjes. Met grote ogen, die nog bij moesten komen van de schrik, keek hij haar aan. Verlegenheid en nervositeit maakten zich meester over de kitten. Hij had nog nooit met iemand gestoeid, was altijd bang dat zijn broer of zus hem zouden proberen te verwonden. Dus was hij onervaren. En Cinderkit was ook nog eens een totale vreemde, waardoor zijn verlegenheid nog groter werd. ‘Heb je!’ Hij gaf geen kik, was verstard. Wist niet wat hij moest denken noch doen. Pas toen hij zag dat ze zijn staar wou pakken kwam hij in actie. Speels bewoog hij zijn staart heen en weer, zodat ze hem niet te pakken kon krijgen. Maar op een gegeven moment werden de posities verwisseld. Ze verloor haar evenwicht, waardoor de van hem afviel en hem meetrok. Gewillig liet Wrenkit zich meetrekken; wetende dat dat goed voor hem uit zou pakken. Nu zou hij zijn poten op haar kunnen zetten. Een blije glimlach sierde zijn gezicht. Dit was zo slecht nog niet! ‘En nu heb ik jou!’ miauwde hij dolblij. Eindelijk kreeg hij eens de kans om gewoon een kitten te zijn: speels, roekeloos en niet zoveel over dingen nadenken. Het voelde fijn. |
| | | Viktor 240 Actief
| |
| Onderwerp: Re: Waking up za 15 jan 2011 - 20:34 | |
| Cinderkit trok rustig aan een grassprietje, haar speelse bui maakte al snel plaats voor vermoeidheid, ze was niet zo heel erg groot voor haar leeftijd, maar dat maakte ze heel veel goed in persoonlijkheid en presentie. Cinderkit was altijd wel een beetje druk geweest, maar haar energie werd meestal wel in goede banen geleid door haarzelf. Ze had nooit zonder ingeklapte klauwen gevochten of toegeven aan de wilde of zelfs te ruwe spelletjes van de andere kittens. Cinderkit was niet meedogenloos of gemeen, ze was eerder vrolijk, een beetje bubbelig en een warhoofd, ook zat ze vol energie. Maar toegeven aan vals spel? Dat nooit. Dat zou ze nooit doen! Dat was zo.. oneerlijk. Ze liep dus ook met haar hoofd hoog langs degenen van wie ze dacht dat ze haar misdeeld hadden of die niet eerlijk deden volgens haar. Of macho's die dachten dat ze het je van het waren. Nee, daar kon Cinderkit niet tegen. Ze schudde haar vachtje eventjes uit en rende daarna achter haar staart aan, ze had hem bijna te pakken! Het gras was glad en ze had moeite om haar evenwicht te bewaren, en uiteindelijk plofte ze weer duizelig terug in het glas, er leken eventjes twee Wrenkits te zijn. Ze schudde met haar kop en de twee beelden transformeerden zichzelf langzaam weer terug naar een beeld, ze zag Wrenkit weer helder nu. ‘Nooit opgeven dus. Zal ik onthouden,’ Miauwde Wrenkit, Cinderkit knikte hem toe, 'Goed zo! Niet vergeten he?' Ze glimlachte vriendelijk naar hem en rekte zich eventjes uit, nu lag ze in het gras, maar de dauwdruppels waren koud aan haar buikvacht, tenminste, zo voelden ze. 'Brr' Miauwde ze, 'Het gras is te koud om in te liggen..' Miauwde ze misprijzend en ze schudde haar vacht opnieuw uit en veegde met haar poot wat vocht weg. De nursery was zeker warmer, en het mos was daar zachter en kietelde niet aan haar pootjes. Ze keek Wrenkit weer aan, wachtend op een reactie over haar opmerking over dat haar ouders nog steeds over haar waakten, benieuwd of hij dat ook geloofde. ‘Je hebt gelijk,’ murmelde Wrenkit bedenkelijk, ‘Ik weet dat mijn ouders nog gewoon hier zijn. Maar toch heb ik het gevoel dat er nog steeds bepaalde katten alleen over mij waken. Alsof ze iets in mij zien wat ze niet in anderen zien… Alleen zou ik bij Starclan niet weten wat. Het kan ook zijn dat het gewoon maar schijn is. Maar het idee op zich is wel prettig.’ Cinderkit spitste haar oren nieuwsgierig, 'Ik weet wat ze zien, ze zien een vriendelijke kater die veel beter is dan al die macho katers!' Ze glimlachte vriendelijk. Macho's... Dat woord had ze wel eens horen vallen en het was wonderbaarlijk genoeg in haar woordenschat blijven steken. Ze was altijd trots op nieuwe woorden die ze had geleerd, macho was er een van. Muizenpoep was een andere, maar ze had begrepen dat dat een scheldwoord was, want dat woord mocht ze niet meer gebruiken van de andere queens... Verder wist ze niet waarom, ze had ook maar gegokt dat het een scheldwoord was, want niemand had het haar ooit verteld..
Ze zou Wrenkit's geschrokken uitdrukking nooit vergeten, had hij nog nooit gestoeid ofzo? Maakte niet uit, ze had hem! Hij zag er verlegen en nerveus uit. Speels stak Cinderkit haar tong naar hem uit. Maar omdat ze haar evenwicht verloor plofte ze neer in het gras, weer die kou, maar dit keer had ze andere zorgen. Het was haar niet gelukt om Wrenkit mee te trekken naar de grond, en nu was hij aan de winnende hand. Niet goed, maar ze wist dat Wrenkit haar geen pijn zou doen, daar was hij te lief voor. ‘En nu heb ik jou!’ Miauwde Wrenkit blij. Een speelse uitdrukking verscheen op Cinderkit's gezicht en daarna ging ze slap hangen, 'Oh grote Wrenkit, spaar me alsjebliieeeft' piepte ze dramatisch terwijl haar ogen nog altijd speels twinkelden, ze probeerde zich los te wurmen, maar hield haar nagels zoals altijd ingeklapt, ze wou Wrenkit's oren niet afklauwen. |
| | | 114
| |
| Onderwerp: Re: Waking up za 15 jan 2011 - 21:11 | |
| ‘Goed zo! Niet vergeten hé?’ glimlachte Cinderkit. Rustig knikte Wrenkit. Een ‘Brr’ geluidje verliet Cinderkit haar mond. Vragend keek hij de grijze poes aan. ‘Het gras is te koud om in te liggen,’ merkte ze op waarna ze haar vacht uitschudde. Met een pootje duwde hij het blad weer een beetje naar haar toe. ‘Je kunt misschien hier wel op liggen, zover ik weet is hij niet koud.’ Een frons kwam op zijn voorhoofd te staan. ‘Weet wel niet of je er wel op zult passen…’ Hij sloeg zijn ogen weer op. ‘Maar ik geloof niet dat je zo ongelofelijk graag wilt liggen, of wel soms?’ Een zacht grinnik geluidje verliet zijn mond na zijn opmerking, waarna hij haar weer aankeek. Zijn oren kwamen langzaam weer een beetje omhoog, enkel door het feit dat hij Cinderkit haar beweging om haar oren te spitsen een beetje na bootste. ‘Ik weet wat ze zien; ze zien een vriendelijke kater die veel beter is dan al die macho katers!’ miauwde ze vriendelijk. Verlegen schuifelde het kleine katertje heen en weer. Hij was het niet gewend om complimentjes te krijgen. Enkel afkrakende en kleinerende woorden. ‘Dank je,’ miauwde hij zachtjes terwijl hij weer onzeker opkeek, haar amberkleurige ogen kruisend met zijn groene. Hij wist het nu wel zeker. Enkel omdat Cinderkit anders was dan die anderen had hij weer een nieuwe vriendin. En ook nog wel een leeftijdsgenoot! Oudere katten hadden hem sowieso al wat milder behandeld dan de andere kits. Enkel door het feit dat ze dat werd opgedragen, en ze bang waren om op hun kop te krijgen van de Deputy – Raindrop – die zijn moeder was. En sommigen gewoon uit medelijden. Ze vonden het zielig dat hij zo kwetsbaar en nietig was. Natuurlijk had hij zich eerst voorgenomen om sterk te worden, zo sterk dat hij ze eens zou laten zien wie hier nou nietig was. Maar het waren de katten zoals Cinderkit die hem van dat idee afbrachten. Die hem lieten zien dat hij gewoon zichzelf moest blijven, omdat hij al vele malen beter dan ze was. Door het feit dat hij begrip had en zich niet uitsloofde moest hij speciaal zijn in hun ogen. Aangezien dat zowat het tegenover gestelde was van al de andere katers in Shadowclan.
De speelse uitdrukking van Cinderkit zorgde ervoor dat er een soort van tintelend en opgewonden gevoel door zijn aders werd gepompt zodat het zich door zijn hele lichaampje verspreidde. ‘Oh grote Wrenkit, spaar me alsjeblíéft,’ piepte ze dramatisch. Maar de speelse twinkeling week niet uit haar ogen. Een blije glimlach had zich een meester gemaakt over zijn mondhoeken, en dat zou ook nog wel een tijdje zo blijven. ‘Ik zal jou sparen, enkel door het feit dat je mijn respect hebt verdiend! Vele kunnen nog wat leren van jouw… Pluisjes en bladeren jacht technieken!’ grinnikte hij. Tijdens het grinniken had hij zijn ogen eventjes dicht gedaan. Waardoor hij niet had zien aankomen dat Cinderkit zich probeerde los te wurmen. Pas toen hij het voelde opende hij zijn ogen en keek hij haar aan. Hij zwaaide met zijn staart en probeerde nog zoveel mogelijk zijn evenwicht te bewaren. Maar na een bepaald moment gaf hij op en plofte hij op zijn zij. ‘O nee!’ miauwde hij semi-sarcastisch en over dramatisch. ‘Wat doet U nu machte Cinderkit? Ik dacht dat ik U te pakken had! Maar zo te zien ben zelfs ik geen partij voor Uw kracht!’ Nog steeds was er die enthousiaste ondertoon in zijn stem, die hij nogal vreemd vond. Hij was hem niet gewend. En de blije twinkeling in zijn ogen was ook iets wat zelden voorkwam. Het leek net alsof er een nieuwe Wrenkit was. Alsof de oude was weg gevaagd. |
| | | Viktor 240 Actief
| |
| Onderwerp: Re: Waking up za 15 jan 2011 - 21:34 | |
| Cinderkit stuiterde nog steeds een beetje, haar pootjes konden gewoon niet stil zitten, maar kon zij daar wat aan doen? Ze was wie ze was en niemand kon dat veranderen! Dus, wie haar probeerde te veranderen zou tegen een mur van vastberadenheid opbotsen, een muur die je niet zomaar kon breken. Soms leken dingen langs Cinderkit heen te gaan, die dingen merkte ze ook gewoon niet op, meestal was ze daarvoor teveel in haar eigen droomwereldje, maar soms dacht ze bewust niet aan dingen. Bijvoorbeeld aan hoe sommigen zo medelijvol deden over haar ouders, daar kon ze niet tegen. Zij schoot er toch niks mee op? Liet ze hun medelij maar geven aan iemand die het echt nodig had, maar niet aan haar, ze kon er niet goed tegen als anderen zich teveel zorgen maakten over haar, een beetje aandacht was niet erg, maar constante bescherming was echt niet nodig, Daar werd ze ook zo kriegel van in de nursery. ‘Je kunt misschien hier wel op liggen, zover ik weet is hij niet koud.’ Miauwde Wrenkit, met zijn pootje duwde hij het blaadje naar haar toe. Cinderkit keek ernaar, op het blad gaan liggen? Dat zou haar prooi pletten! ‘Weet wel niet of je er wel op zult passen…’ Miauwde Wrenkit. Cinderkit keek hem nep beledigd aan, 'Nou ja zeg,' Miauwde ze overdreven hooghartig, 'Noemde jij me nou dik?' Ze kon moeilijk haar gegrinnik in houden en hield haar neus in de lucht, totdat ze in lachen uitbarste. ‘Maar ik geloof niet dat je zo ongelofelijk graag wilt liggen, of wel soms?’ Miauwde Wrenkit. Cinderkit schudde haar kop, 'Nee, niet liggen, ik heb teveel energie in mijn poten zitten,' Miauwde ze vrolijk, 'Je wil niet weten hoe vaak ik door de queens naar buiten ben gestuurd omdat ze vonden dat ik teveel bewoog of teveel drukte maakte of...' Ze dacht even diep na maar maakte daarna haar zin af met een onschuldige glimlach, 'teveel kletste.' Ze legde haar oren eventjes iets verontschuldigend achteruit, 'Sorry als ik teveel praat..' Miauwde ze zachtjes terwijl ze eventjes wegkeek. Ze had het zovaak te horen gekregen, dan ging het ongeveer zo: Cinderkit wees nou eens stil!, Cinderkit je praat teveel! Hou je mond nou eens Cinderkit! Cinderkit trok eventjes met haar mondhoek richting beneden maar zette die gedachtes toen weer uit haar hoofd, maakte het haar wat uit. Ze was wie ze was.
De blije glimlach op Wrenkit's lippen was meesterlijk, ze had hem nog nooit zo zien glimlachen en het maakte Cinderkit blij dat ze hem vrolijk had gemaakt. Hij had er meestal wat treurig of timide uitgezien, maar nu niet. Had Zij hem zo vrolijk gemaakt? Achja, dan kon ze tenminste nog iets goed. Misschien moest ze later geen warrior worden, maar clown ofzo. Ze grinnikte eventjes bij die gedachte, ze zou het kunnen, alleen niet willen. Ze wou voor haar clan jagen en vechten. Dat zou Wrenkit toch ook willen? ‘Ik zal jou sparen, enkel door het feit dat je mijn respect hebt verdiend! Vele kunnen nog wat leren van jouw… Pluisjes en bladeren jacht technieken!’ Grinnikte Wrenkit. Cinderkit barste zelf in lachen uit, maar gebruikte het moment om Wrenkit te overmeesteren. Ze duwde hem tegen de grond aan en glimlachte naar hem, 'En nu heb ik jou weer!' Miauwde ze vrolijk. Ze keek Wrenkit aan met haar heldere amberkleurige kijkers, ‘Wat doet U nu machte Cinderkit? Ik dacht dat ik U te pakken had! Maar zo te zien ben zelfs ik geen partij voor Uw kracht!’ Miauwde Wrenkit overdramatisch. Cinderkit grinnikte, 'Niemand is dat!' Miauwde ze overdramatisch en nep hooghartig. Daarna kwam de speelse uitdrukking terug op haar gezicht, ze tikte eventjes zachtjes maar speels met haar pootje op zijn neus, 'Geef je oveeer~' Miauwde ze en ze stak haar tong uit. Maar uiteindelijk liet ze hem los en ging ze liggen in het gras. Ze keek Wrenkit aan, 'Zeg Wrenkit, heb jij ook zin om apprentice te worden?' Miauwde ze en ze keek hem nieuwsgierig aan, |
| | | 114
| |
| Onderwerp: Re: Waking up za 15 jan 2011 - 22:20 | |
| De nep beledigde blik zorgde ervoor dat Wrenkit zich toch onzeker voelde over zijn zaak. Dadelijk dacht hij alleen maar dat het nep was, maar was het wel degelijk echt en had hij het alweer verpest! Nee, dat wou hij niet. ‘Nou ja zeg.’ Er viel een last van zijn schouders wanneer hij hoorde dat haar stem wel erg overdreven hooghartig klonk. Ze moest wel nep beledigd zijn. ‘Noemde jij me nou dik?’ Wrenkit zijn ogen werden wat groter, waarna hij wild zijn hoofd schudde. ‘N-Nee, helemaal niet!’ stamelde hij onhandig. ‘Het is alleen, je bent al zo groot en zo…’ voegde hij er zachtjes aan toe. Zijn oren waren weer een beetje gezakt en hij schuifelde nerveus heen en weer. Zou het kunnen dat hij anderen had beledigd zonder het door te hebben, en dat ze hem daarom niet te vriend wouden worden? Hij durfde pas weer op te kijken toen hij de lach van Cinderkit hoorde. Zachtjes lachte hij mee. Was Cinderkit wel echt lid van Shadowclan? Ze was zo ongelofelijk anders vergeleken met al die andere lugubere katten. Die niets van hem moesten hebben. Maar Cinderkit had soms zelfs nieuwsgierig geleken tegen over hem. Misschien naar zijn woorden. Normaal werd hij altijd gewoon genegeerd. Hij was blij dat er eindelijk eens iemand was die naar hem zou luisteren, en waarmee hij altijd kon praten. Ashpaw had het soms druk met zijn taken als Medicine cat Apprentice en zijn moeder had het altijd wel druk; ze was immers Deputy. ‘Nee, niet liggen, ik heb teveel energie in mijn poten zitten,’ trok de grijze kitten zijn aandacht weer, ‘Je wilt niet weten hoe vaak ik door de Queens naar buiten ben gestuurd omdat ze vonden dat ik teveel bewoog of teveel drukte maakte of…’ Een korte pauze volgde, geduldig wachtte Wrenkit op de woorden die haar zin zouden afmaken. ‘Teveel kletste.’ Haar oren gingen een beetje naar achter. ‘Sorry als ik teveel praat,’ verontschuldigde ze zichzelf zachtjes, terwijl ze wegkeek. Wrenkit knipperde een paar keer met zijn ogen. Nu was hij eens niet degene die weg keek omdat hij zich niet echt fijn voelde. Bezorgdheid was te lezen uit zijn ogen toen haar mondhoeken een beetje naar onder afdaalden. Hij grinnikte zachtjes. ‘Je hoeft je niet te verontschuldigen,’ miauwde hij zachtjes, ‘Vind het leuk je stem te horen.’ Hij trok een paar keer met zijn snorharen. ‘Ik ehh… Bedoel gezellig…’ verbeterde hij zichzelf, terwijl hij verlegen naar zijn poten keek en met zijn oren trok.
Opnieuw hoorde hij haar lach weer. Maar hij vond het eigenlijk niet echt vervelend, het klonk zelfs als muziek in zijn oren. Hij was blij dat hij nu eens iemand had gevonden die hij echt blij kon maken. Ashpaw leek altijd iets te hebben wat hem dwars zat, maar hij durfde het nooit te vragen; wetende dat hij er waarschijnlijk niets aan kon veranderen als kleine kitten. ‘En nu heb ik jou weer!’ Hij zat weer vast in de greep van de grijze pootjes van Cinderkit. Hij deed niet echt veel moeite om zich los te wringen. Nu hoefde hij tenminste niet meer zoveel op zijn hoede te zijn; uitkijkend dat Cinderkit niet uit zijn greep zou ontsnappen. ‘Niemand is dat!’ weer die nep hooghartige stem. Zachtjes grinnikte hij. Hij keek naar haar poot die tegen zijn neus tikte. Na een tijdje begonnen zijn ogen te prikken omdat hij ze zo vreemd had gedraaid. ‘Geef je over,’ miauwde ze op een zangerig toontje waarna ze haar tong uitstak. Hij bewoog eventjes met zijn snorharen. ‘Nu ik geen kant meer opkan… Zou ik me wel moeten overgeven,’ zuchtte hij. Teleurgesteld dat hij niet had kunnen winnen. Hij was toch wel ouder. Cinderkit ging ook liggen. Rustig rolde hij op zijn buik, zodat hij naast haar uitkwam. Hun ogen ontmoetten elkaar. ‘Zeg Wrenkit, heb jij ook zin om Apprentice te worden?’ miauwde ze met een nieuwsgierige twinkeling in haar ogen. Kalm trok hij zijn blik van haar los en richtte hij hem op de hemel boven hun. Hij dacht eventjes na. ‘Eigenlijk wel ja,’ beantwoordde hij haar vraag ten slotte. ‘Dan heb ik meer vrijheid en kan ik eindelijk echt aan de slag! Ik ben benieuwd naar wie me onder zijn hoede zou nemen als mentor, of mentrix. Hopelijk een wijze en sterke kat! Want anders kan ik wel jaren in training blijven als Apprentice, omdat ik niets nieuws kan leren!’ De laatste zinnen grapte hij natuurlijk. Hij wist heel erg goed dat hij nog veel te leren had, wie zijn mentor ook zou zijn. ‘En, jij kijk er eigenlijk al naar uit Cinderkit?’ Nu was het zijn tijd om zijn blik naar haar af te wenden en haar een nieuwsgierige blik te schenken.
{ Lol, hij kijkt scheel. } |
| | | Viktor 240 Actief
| |
| Onderwerp: Re: Waking up za 15 jan 2011 - 23:20 | |
| ‘Je hoeft je niet te verontschuldigen,’ miauwde Wrenkit zachtjes, Cinderkit spitste haar oren eventjes terwijl ze zijn reactie hoorde. Ze keek op, haar oren weer naar voren draaiend. ‘Vind het leuk je stem te horen.’ Cinderkit keek verrast op, die reactie had ze niet verwacht. Wrenkit trok een paar keer met zijn snorharen. ‘Ik ehh… Bedoel gezellig…’ Cinderkit glimlachte warm naar hem en haar ogen lachten ook mee. Ze begon rustig haar pluizige grijze vachtje te wassen. Alle modder moest eruit wat haar betrof, anders zou een queen het doen en die waren altijd zo.. ruw! Soms had ze wel eens het gevoel dat ze haar vachtje eruit wouden trekken, maar dan was ze altijd wel blinkend schoon. Alleen, dat kon haar gestolen worden, het deed haar zeer! Ze was liever wat viezer dan dat ze pijn had. Soms dacht ze wel eens dat de queens haar er wel eens niet bij wouden hebben, haar een extra ballast vonden. Dus wie weet, misschien deed ze er wel goed aan om zichzelf te wassen, ze was tenslotte al groot! Dus dan kon ze zich heus wel wassen, maar hoe erg ze ook groeide, ze was altijd kleiner dan de meeste andere kittens, behalve degene die veel jonger dan haar waren. Wrenkit was ook groter dan zij. Maar ze had genoeg persoonlijkheid om haar niet op haar kop te laten zitten, ze was dan ook vastbesloten om haar vrienden ook te helpen, en dus ook Wrenkit. De kater zag er soms nog wat onzeker uit. Ze glimlachte weer naar hem, 'Zeg, als je problemen hebt, je hoeft maar te roepen en ik kom je helpen!' Miauwde ze vrolijk en ze ging verder met wassen, haar kop was nu aan de beurt. Het idee om Wrenkit te helpen was ook maar heel plotseling gekomen, maar maakte haar dat wat uit? Hopelijk viel het in goede aarde. Ze rekte zich eventjes uit, haar kop was nu klaar, ze draaide haar kop weg om haar rug te wassen, zo kon ze eventjes niet naar Wrenkit kijken, maar ze hoopte dat hij dat niet als een belediging zou opvatten. 'Sorry,' Miauwde ze tussen twee likken door, 'Maar als ik niet schoon ben als ik terug ben, gaan de andere queens me wassen en dan heb ik geen vacht meer over, dan ben ik zo kaal als een vogel!' Grapte ze, ze was eindelijk klaar, haar vacht glansde nu zelfs een beetje. Ze was er best trots op. Ze keek hem aan met speels twinkelende ogen. 'Zo, klaar,' Miauwde ze luchtig,
‘Nu ik geen kant meer opkan… Zou ik me wel moeten overgeven,’ Zuchtte Wrenkit, Cinderkit legde haar oren achteruit, 'Hey, niet zo down, de volgende keer win jij!' Miauwde ze vrolijk en optimistisch. Cinderkit kreeg je niet zo vaak ongelukkig, ze besloot in zichzelf dat ze de volgende keer Wrenkit zou laten winnen, dan hoefde hij ook niet verdrietig te zijn! Zijzelf vond het niet zo erg, ze won wel eens, verloor wel eens, hoorde er bij, vond ze. Maar aan hoe verrast Wrenkit was had ze een beetje kunnen merken dat hij dit nog niet zo vaak gedaan had. Waarom niet? Vroeg ze zich af, maar ze zou het hem niet vragen, ze wou hem niet verdrietig maken nu hij eindelijk zo vrolijk was. ‘Eigenlijk wel ja,’ Miauwde Wrenkit na een kleine stilte op haar vraag over apprentice worden. ‘Dan heb ik meer vrijheid en kan ik eindelijk echt aan de slag! Ik ben benieuwd naar wie me onder zijn hoede zou nemen als mentor, of mentrix. Hopelijk een wijze en sterke kat! Want anders kan ik wel jaren in training blijven als Apprentice, omdat ik niets nieuws kan leren!’ Cinderpaw schoot in de lach op zijn antwoord over jaren apprentice blijven, 'Nah, je leert vast snel,' Miauwde ze vriendelijk, ‘En, jij kijk er eigenlijk al naar uit Cinderkit?’ Vroeg Wrenkit haar terwijl hij haar nieuwsgierig aan keek. Cinderkit staarde naar de hemel, ietwat dromerig, 'Ja zeker, ik kan niet wachten tot ik mijn clan kan dienen en echt helpen, zonder dat ik dat doe met het vangen van bladeren. Het is oefenen, het bladerjagen, maar... ik wil soms wel eens wat meer doen, iets wat de clan echt helpt. Het lijkt me geweldig om de voldoening te voelen als je echt een prooi gevangen hebt en die op de prooi stapel te leggen, of om een Thunderclan kat weg te jagen van de borders, dat lijkt me pas leven,' Miauwde ze terwijl ze Wrenkit vrolijk aan keek. |
| | | 114
| |
| Onderwerp: Re: Waking up zo 16 jan 2011 - 14:07 | |
| Hij rustig zitten terwijl hij toekeek hoe Cinderkit zich begon te wassen. Een lichte frons tekende zich af op het voorhoofd van de jonge kater. Waarom waste ze zich nou zelf? Hij liet het altijd over aan zijn moeder. Want de modder die soms in zijn vacht terecht kwam smaakte ze vreselijk, hij moest de grootste moeite doen niet te kokhalzen van die vieze smaak. Zachtjes huiverde hij bij de gedachte eraan. Hij vroeg zich soms ook af hoe die anderen dat vol hielden hier. Wellicht raakten ze gewend aan de smaak ervan, of haalden ze die smaak snel weg met een flinke slok water of een grote hap van hun prooi. Ach, hij zou wel zien. Ooit zou hij ook zelf zijn vacht schoon moeten maken, zonder de hulp van zijn moeder. Natuurlijk kon hij het wel, maar hij deed het gewoon liever niet. Rustig gaf hij zijn borst een paar likken, die was bijna altijd schoon. Hij keek weer naar Cinderkit, ze glimlachte naar hem. Vragend trok hij met zijn oren. ‘Zeg, als je problemen hebt, je hoeft maar e roepen en ik kom je helpen!’ Terwijl hij haar woorden weg werkte knipperde hij een paar keer verbaasd met zijn ogen. Hoe moest hij hierop reageren?... Hij hoefde zijn blik niet af te wendden, want dat deed zij al; ze ging weer verder met het schoonmaken van haar vacht alsof er niets was gebeurd. Hij schraapte zijn keel. ‘Dank je. En hetzelfde geld ook voor jou,’ miauwde hij ten slotte maar. Hij keek een beetje rond. Het was nog steeds rustig in het kamp… Zou waarschijnlijk ook nog wel zo blijven. De meesten waren nu op jacht, of bezig met training. Hij richtte zijn blik weer op Cinderkit, zij was druk bezig met het schoonmaken van haar vacht. Hij hapte één keer naar adem en volgde toen haar voorbeeld maar. Met tegenzin tilde hij zijn poot op om er een paar halen met zijn tong aan te geven. Hij was blij dat hij niet echt vies was op het moment, en dat hij een korte vacht had. Hij wou niet weten hoe het was om een lange vacht te moeten hebben. Die lange manen zouden waarschijnlijk snel vies worden, en dan moest je nog maar niet denken aan de haarballen die je ervan kon krijgen. Hij schudde zijn kop en haalde zijn poot er toen overheen; proberend dat deel ook een wasbeurt te geven. ‘Sorry.’ Hij keek op. Waarom verontschuldigde ze zich zo vaak? Zouden anderen dat ook over hem denken?... Nou hij eraan dacht zei hij eigenlijk wel vrij vaak sorry. ‘Maar als ik niet schoon ben als ik terug ben, gaan de andere Queens me wassen en dan heb ik geen vacht meer over, dan ben ik zo kaal als een vogel!’ Hij knipperde een paar keer. Hij had er nooit las van dat het voelde alsof zijn vacht eruit werd getrokken. Wellicht omdat zijn moeder altijd heel voorzichtig met hem was. Hij was de kleinste en de meest kwetsbare van zijn bloedverwanten. ‘Zo, klaar.’ Hij keek weer op, om de schone glanzende Cinderkit te zien. Een onderdrukte glimlach kwam op zijn gelaat. ‘Ik denk dat je beter af bent als je jezelf schoon maakt, heb je vacht nog nooit zo zien glanzen,’ merkte hij zachtjes op, waarna hij zijn blik weer afwendde. Na iedere opmerking die hij maakte voelde hij altijd verlegenheid. Had hij altijd gehad. Hij hoopte maar dat Cinderkit zich er niet aan zou ergeren…
‘Hey, niet zo down, de volgende keer win jij!’ De optimistische miauw deed hem weer opkijken. Ze had haar oren een beetje naar achter gelegd, blijkbaar niet blij dat hij zo snel had opgegeven. ‘Daar houd ik je aan,’ miauwde hij met een knikje, terwijl hij weer een zwakke glimlach tevoorschijn liet komen. Het was ook pas de eerste keer dat hij een schijngevecht had gedaan, en hij was gewoon het type dat snel opgaf. Gewoon omdat hij altijd dacht dat hij niets kon, geen talent had enzovoort. Maar wie weet zouden deze stoeipartijen ervoor zorgen dat hij een beter zelfbeeld van zichzelf zou krijgen. Natuurlijk was hij al te negatief geworden om ooit nog een grote eigendunk van zich te kunnen hebben, of zich macho te gedragen. Maar zoals Cinderkit al eerder had gezegd was vriendelijkheid beter dan een macho zijn. En hij was het volkomen met haar eens. Haar lach trok hem weer eens uit zijn gedachtes. Hij wendde zijn blik weer af naar de grijze kitten, ze staarde met een dromerige blik naar de hemel. Met een warme glimlach luisterde hij naar haar antwoord. ‘Ja zeker, ik kan niet wachten tot ik mijn clan kan dienen en echt helpen, zonder dat ik dat doe met het vangen van bladeren. Het is oefenen, het bladerjagen, maar… Ik wil soms wel eens wat meer doen, iets wat de clan echt helpt. Het lijkt me geweldig om de voldoening te voelen als je echt een prooi gevangen hebt en die op de prooi stapel te leggen, of om een Thunderclan kat weg te jagen van de borders, dat lijkt me pas echt leven.’ Instemmend knikte hij. ‘Maar je hebt de clan al voor een deel geholpen. Door hier te zijn. Een toekomstige, enthousiaste en loyale Warrior! Dat is het beste wat de clan ooit zou kunnen krijgen,’ miauwde hij kalm. ‘En een vroege start kan nooit kwaad, wie weet haal je zo al die andere Apprentices in, enkel doordat je al goed hebt getraind toen je een kitten was,’ voegde hij er nog aan toe. Hij zwaaide een keer met zijn staart, en haalde zijn tong een keer langs zijn flank, waarna hij haar weer aankeek; zoekend naar een reactie. |
| | | Viktor 240 Actief
| |
| Onderwerp: Re: Waking up zo 16 jan 2011 - 14:38 | |
| Cinderkit keek eventjes naar zijn frons toen ze zichzelf aan het wassen was. Geen wonder, bedacht ze zich, hij werd natuurlijk gewassen door zijn eigen moeder. Die was altijd heel zachtaardig met hem, herinnerde ze zich. Maar zij had die mazzel niet, het leek soms wel alsof de queens haar als een haastwerkje tussendoor deden. Ze kon het hen ook niet kwalijk nemen, ze was nou eenmaal niet hun kit, ze was niemands kit op dit moment. Het enige wat ze wist, was dat ze een puurgeboren shadowclan kat was en zo konden sommige katten hier zich al niet meer noemen. Ze had gezien dat er meerdere weesjes het kamp binnen gebracht waren, sommigen wat onaardiger dan de anderen. Maar ze had zich niet veel met hen bemoeid, ze had haar eigen pad des levens gevolgd. Het pad naar een goede warrior worden. Al was het een stuk leger in de nursery geworden, veel kittens waren nu apprentice geworden. Ze was eventjes teleurgesteld geweest dat zij daar niet bij zat, maar ze had daarna een vreemd gevoel van acceptatie gekregen, ze was nog te jong en ze had eigenlijk geen zin om tussen deze generatie apprentices te zitten. Ze was veel liever bij Wrenkit, zonder vele verantwoordelijkheden. ‘Dank je. En hetzelfde geld ook voor jou,’ Miauwde Wrenkit, het leek eventjes alsof hij er ongemakkelijk door werd. Cinderkit keek eventjes op tussen het likken van haar vacht, misschien moest ze dit soort dingen niet meer zeggen tegen hem? Of tenminste opletten wat ze zei? Ze wou haar nieuwgevonden vriend niet kwijtraken! Ze keek geamuseerd toe naar hoe Wrenkit ook zijn vacht begon te wassen, hij trok een vies gezicht leek het wel. Hij vond het duidelijk niet fijn om zichzelf te wassen. Ze trok eventjes geamuseerd met haar snorharen, 'Gaat het Wrenkit?' Miauwde ze en ze keek hem met haar nieuwsgierig twinkelende amberkleurige kijkers aan. Ze vond Wrenkit een erg goede vriend en rekte zich eventjes uit. Ze plofte eventjes neer op het gras maar ze kwam al snel weer overeind. Ze kon gewoon niet zo lang op een moment stilzitten! Meestal tot de amuse van de anderen. Maar dat kon haar niks schelen, dat ging langs haar heen. Net zoals liefde eigenlijk, Cinderkit was een allemans vriend en liefde? Dat snapte ze gewoon niet. ‘Ik denk dat je beter af bent als je jezelf schoon maakt, heb je vacht nog nooit zo zien glanzen,’ Miauwde Wrenkit zachtjes, hij keek verlegen naar zijn poten. Maar Cinderkit glimlachte breed terug, 'Dank je voor het compliment,' Miauwde ze vrolijk, waarna ze naar haar staart keek die over de grond heen bewoog. Ze sprong op en probeerde het te pakken te kregen. Al snel leek ze heel eventjes op een wervelwind van bont, achter haar staart aan rennend, totdat ze weer vermoeid neer plofte.
‘Daar houd ik je aan,’ Miauwde Wrenkit met een zwakke glimlach. Cinderkit glimlachte terug en rekte zich eventjes uit. Ze keek naar een grassprietje die naast haar in de lucht wiegde. Het grassprietje boog steeds verder, totdat het uiteindelijk aan haar neus kietelde. Met een zacht geluidje niesde ze het sprietje weg. Ze wreef over haar roze neusje en murmelde eventjes wat zachtjes. Daarna spitste ze haar pluizige oren naar Wrenkit ‘Maar je hebt de clan al voor een deel geholpen. Door hier te zijn. Een toekomstige, enthousiaste en loyale Warrior! Dat is het beste wat de clan ooit zou kunnen krijgen,’ miauwde hij kalm. ‘En een vroege start kan nooit kwaad, wie weet haal je zo al die andere Apprentices in, enkel doordat je al goed hebt getraind toen je een kitten was,’ Cinderkit rekte zich nog even een keer uit, 'Ik hoop dat we samen apprentices worden! Dan kunnen we ook samen trainen en dan worden we samen beter en dan helpen we onze clan ook samen!' Ratelde ze enthousiast. Ze glimlachte breed naar hem, 'Dan kan ik jou leren bladeren jagen! Tenminste, als ik dan een goede techniek heb uitgevonden die ik ook kan uitleggen,' Ze grinnikte eventjes wat zachtjes en ze keek naar Wrenkit. Ze zag een grashalm boven haar gebogen hangen. Ze reikte er naar uit met haar pootje en tikte er zachtjes tegen aan, uiteindelijk pakte ze het beet met haar voorpoten en trapte ze er tegen aan met haar achterpoten, lachend van plezier. |
| | | 114
| |
| Onderwerp: Re: Waking up zo 16 jan 2011 - 17:21 | |
| ‘Gaat het Wrenkit?’ Hij keek eventjes op. Weer die nieuwsgierige blik. Normaal vond hij hem wel leuk, was zo typisch Cinderkit. Maar nu schaamde hij zich. Ze moest hebben gezien dat hij zich aanstelde over het likken van zijn vacht, het zelf te onderhouden. Hij liet zijn oren een beetje zakken, waarna hij langzaam knikte. ‘Ja, hoor… Ben het alleen niet gewend,’ murmelde hij zachtjes, waarna hij de schoonmaak van zijn vachtje vervolgde. Hij gaf een laatste lik over zijn flank, hij vond het wel goed zo. Zijn mond voelde droog aan door al dat haar. Een doffe plof zorgde ervoor dat hij weer zijn blik op Cinderkit vestigde. Zijn oren stonden fier naar voren en hij had zijn kopje een tikje scheef. Sinds wanneer zou Cinderkit uit zichzelf gaan liggen, zonder goede aanleg en het moment op een hyperactieve uitbarsting zo dichtbij? Maar het duurde niet lang of de speelse kitten sprong al weer op. Een zacht grinnik geluidje ontsnapte uit zijn mond. Hij zou nog veel van haar kunnen leren; qua kitten zijn. Het draaide erom dat je lekker zorgeloos was, niet zoveel van anderen aantrok en meestal ook een lastpost was zonder dat je het doorhad. Maar hij was altijd een twijfelkont geweest. Durfde niets zonder echt toestemming ervoor te hebben gekregen, hield zich altijd gedeisd en zorgde ervoor dat hij nooit iemand in de wegliep. Hij knipperde een paar keer verwonderd met zijn ogen. Het leek wel alsof Cinderkit al de eigenschappen van hem in een omgedraaide vorm had. Een rilling kroop over zijn rug. Wat een vreemde gedachte was dat… ‘Dank je voor het compliment.’ Onzeker keek hij weer op. Maar door de brede glimlach die Cinderkit hem schonk werd hij al weer snel rustig. Hij trok een paar keer met zijn snorharen, blij dat ze het niet verkeerd had opgevat. Geschrokken zette hij een stap naar achter wanneer de jonge poes opsprong en vervolgens als een wilde achter haar staart aan begon te rennen. Met grote verbaasde ogen keek hij ernaar. Waar was ze mee bezig? Een blik vol onbegrip kwam op zijn gezicht. Hij volgde haar kop eerst met zijn ogen, maar naar een tijdje werd hij er duizelig van omdat ze zo snel rondjes rende. Verward schudde hij zijn kop, waarna hij een beetje zijn evenwicht verloor. In een nogal dronken pasje hervond hij zijn evenwicht. Weer schudde hij zijn kop, waarna hij Cinderkit zocht met zijn ogen. Ze was vermoeid op de grond neer geploft. Zachtjes grinnikte hij. ‘Misschien kun je eerst beter ervoor zorgen dat je staart langer is; dan krijg je hem vast wel te pakken,’ grapte hij droogjes.
Bij het horen van haar nies keek hij vanuit zijn ooghoeken weer naar de poes. ‘Gezondheid,’ miauwde hij nuchter. Hij rekte eventjes zijn voorpoten uit, maar daar bleef het bij. ‘Ik hoop dat we samen Apprentices worden! Dan kunnen we ook samen trainen en dan worden we samen beter en dan helpen we onze clan ook samen!’ begon Cinderkit enthousiast. Met zijn oren naar haar toe gericht keek hij naar de poes, maar hij gaf geen kik. Hij was nog bezig met de woorden te verwerken. Samen Apprentice worden met Cinderkit… Dat klonk zo slecht nog niet. Had hij tenminste een iemand waarmee hij kon optrekken dan. Want als hij eenmaal uit de Nursery zou verhuizen zou hij waarschijnlijk ook niet meer veel kansen hebben om zijn moeder op te zoeken. Maar zo te zien hoefde hij zich daar niet meer zoveel zorgen over te maken; hij had Cinderkit nu. ‘Dan kan ik jou leren bladeren jagen! Tenminste, als ik dan een goede techniek heb uitgevonden die ik ook kan uitleggen,’ grinnikte ze. Instemmend knikte de jonge kater. ‘Maar wie weet… Misschien kunnen we dan allang op prooi jagen die de clan zou waarderen, in plaats van bladeren. En echte levende prooi… Persoonlijk denk ik dan dat we dan al zo groot zijn dat we die bladeren gewoon uit de lucht kunnen pakken alsof ze op ons afkomen,’ miauwde hij opgetogen. Met zijn oren fier naar voren en grote ogen keek hij naar de actie van Cinderkit. Hij trok een paar keer met zijn snorharen waarna hij zachtjes lachte. Rustig rolde hij op zijn rug en begon hij naar de wolken te kijken. Af en toe gleden zijn ogen naar zijn ooghoeken; eventjes kijkend naar wat Cinderkit aan het doen was. Want het leek wel alsof haar energie oneindig was, en ze wist altijd wel iets te vinden om mee te lachen, te spelen enzovoort. Niet dat hij het erg vond, het was best gezellig zo.
{ Sorry voor flutpost ;x } |
| | | Viktor 240 Actief
| |
| Onderwerp: Re: Waking up zo 16 jan 2011 - 18:30 | |
| Zelfs een schijnbaar onuitputtelijke energiebron zoals Cinderkit werd wel eens moe, en dat moment kwam snel dichterbij. Ze had haar pootje op haar grijzige staartje gezet en probeerde die naar haar toe te trekken, maar niet meer met zoveel hypere energie als eerst. Vermoeidheid begon toe te slaan na zo veel hypere uitbarstingen. Ze viel bijna om toen ze besefte wat ze aan het doen was, ze was zichzelf een klein beetje aan het omtrekken. ‘Misschien kun je eerst beter ervoor zorgen dat je staart langer is; dan krijg je hem vast wel te pakken,’ Hoorde ze Wrenkit droogjes grappen. Cinderkit keek op naar hem met haar amberkleurige ogen, 'Nah, niet nodig,' Miauwde ze, haar ogen kregen nu een ondeugende twinkeling, iets wat nooit veel goeds betekende in haar geval, ze was ook nog niet helemaal klaar met haar zin, 'Het is niet nodig omdat...' Miauwde ze en ze kwam weer helemaal overeind, haar staart zwiepend en haar ogen twinkelend, 'Ík jouw staart altijd kan vangen!' Miauwde ze luid van plezier en ze sprong op Wrenkit af, met grote sprongen probeerde ze zo snel mogelijk de afstand naar Wrenkit te overbruggen, luid lachend probeerde ze zijn staart te vangen. Maar iets waar ze niet rekening mee hield, was dat ze struikelde, haar pootje bleef haken achter een takje die half vast gewoven zat tussen het gras. Ze tuimelde over de grond heen, tot ze uiteindelijk glijdend tot stilstand kwam in het gras. Ze schudde ietwat verdwaasd met haar kop en spuwde wat zand uit. Ze kwam half overeind en wreef met haar pootje langs haar oor. Ze keek naar Wrenkit, 'Ik denk dat ik dat takje over het hoofd had gezien,' Miauwde ze en ze spuwde wat zand uit. Daarna schudde ze het zand uit haar vacht.
‘Maar wie weet… Misschien kunnen we dan allang op prooi jagen die de clan zou waarderen, in plaats van bladeren. En echte levende prooi… Persoonlijk denk ik dan dat we dan al zo groot zijn dat we die bladeren gewoon uit de lucht kunnen pakken alsof ze op ons afkomen,’ Miauwde Wrenkit opgetogen. Cinderkit's ogen begonnen opgetogen te twinkelen, 'Dat zou nog eens wat zijn! Misschien kan ik dan eindelijk wolken voor mijn nest verzamelen,' Miauwde ze dromerig en ze keek naar de wolken die sloom door de lucht dreven. Ze rolde op haar rug en keek naar de wolken. Sommigen leken zo zacht dat het haar heerlijk leek om er in te slapen. Ze wees naar een wolk met haar pootje, 'Kijk! Die lijkt op een kikker,' Miauwde ze lachend. Ze sperde haar ogen gefascineerd open en staarde naar de lucht boven haar. Het was lichtblauw met witte schapenwolkjes. Ze opende haar rozige kaken tot een grote gaap, ze begon nu toch langzaam slaperig te worden. Nog een keer slaperig gapend kroop ze tegen Wrenkit aan en viel daarna in slaap, het kon haar niks schelen of ze nou tegen een queen aan lag, een warrior, een apprentice, of een andere kitten. Als het maar lekker warm was. Ze zonk langzaam weg in een diepe slaap. |
| | | 114
| |
| Onderwerp: Re: Waking up vr 21 jan 2011 - 19:38 | |
| ‘Nah, niet nodig,’ miauwde Cinderkit terwijl ze hem weer aankeek, met opnieuw weer een ondeugende twinkeling in haar ogen. Een onbehagelijk gevoel bekroop hem. Hij schuifelde een beetje nerveus heen en weer en zwaaide met zijn staart, proberend zijn gevoel te verbergen. ‘Het is niet nodig omdat…’ Ze kwam weer overeind. Alle ledenmaten van de kleine kater zeiden dat hij naar achter moest kruipen; dekking zoekend voor het gene dat naderde. Maar hij negeerde zijn gevoel. Cinderkit zou hem toch niets aandoen; althans, geen pijn. ‘Ik jouw staart altijd kan vangen!’ Zijn ogen sperden zich wijd open, terwijl hij haastig een stap naar achter zette. Ze maakte een grote sprong, maar alsnog kon hij proberen weg te komen. Snel draaide hij zich om en wou hij het net op een rennen zetten. Tot zijn beweging werd gestaakt door een doffe plof. Hij draaide zijn oren naar achter; proberend te horen of er nog steeds pootstappen waren die haastig op hem afkwamen. Maar er was niets meer, enkel het geritsel van wat gras. Maar dat duidde niet op pootstappen. Verbaasd draaide hij zich om. Het kon toch niet dat Cinderkit zomaar had opgegeven? Hij kende haar niet lang, maar hij was er wel van overtuigd dat ze daar niet het type voor was. Die enthousiaste grijze poes zou alles doen om haar doel te bereiken… Als ze dat dan al had. Want soms leek ze nogal verstrooid qua haar planning bij sommige dingen. Ach, ze was nog een kitten. Net zoals hem. Ze hadden nog veel te leren. Hij kon het niet helpen om eventjes zachtjes te grinniken bij het zien van de grijze kitten die daar zand uitspuugde. Ze moest gevallen zijn, gestruikeld of zo. ‘Ik denk dat ik dat takje over het hoofd had gezien,’ merkte ze op nadat ze een pootje langs haar oor had gehaald. Instemmend knikte Wrenkit. ‘Ook weer wat nieuws geleerd vandaag,’ miauwde hij positief.
‘Dat zou nog eens wat zijn! Misschien kan ik dan eindelijk wolken voor mijn nest verzamelen,’ was Cinderkit haar reactie op zijn eerdere woorden. Een beetje onthutst keek hij naar de mede kitten. Wolken verzamelen? Wolken waren eigendom van de lucht, alleen de katten uit de Starclan konden erbij komen. Of vogels. Hij had vaak gedroomd om te kunnen vliegen, met vleugels. Dan kon hij wie weet op bezoek bij Starclan of zo, in de nachten. Dat zou pas wat zijn. Maar iedere kat wist wel dat je wolken iets waren wat je nooit zou kunnen bemachtigen, je kon enkel naar ze kijken. Soms kon je hopen dat het niet ging regen omdat ze er waren, soms juist wel. Maar ja, dat verschilde. Hij schudde zijn hoofd eventjes, om te ontsnappen uit zijn dromerige fantasieën. ‘Kijk! Die lijkt op een kikker,’ hield Cinderkit haar miauw hem verder uit zijn gedachtes te kruipen. Hij volgde haar grijze poot naar boven, hij was gericht op een wolk. Hij fronste. ‘Vind hem meer iets weg hebben van jou… Terwijl je je staart probeert te vangen,’ zijn stem was weifelend, bedenkelijk en ook wel een beetje grappend. Hij hoorde haar gaap niet eens, was te druk bezig met het bekijken van de donzige witte wolken die de blauwe hemel doorbraken. Zijn aandacht werd er pas van onttrokken toen hij iets zachts voelde. Een vacht… Met grote ogen draaide hij zijn hoofd, om vervolgens te zien hoe Cinderkit tegen hem aan was gekropen. Zijn ogen werden nog groter, gevuld met schrik en verbazing. Zijn adem was gestokt in zijn keel, hij wist niet zo goed wat hem overkwam. De enige waarmee hij dit soort lichamelijk contact mee had gehad was zijn moeder. Niemand anders. En kwam er ook nog eens bij kijken dat hij Cinderkit amper kende. Eerst was hij verstijfd, maar na een tijdje ontspande hij zich. Ach, hij ging er toch niet dood van? Hij gaapte zachtjes. Haar slaperigheid was aanstekelijk… Zijn oogleden voelden zwaar. Ze waren nog in het kamp, dus het kon geen kwaad om hier een tukje te doen. Wellicht zou een of andere Warrior ze misschien wel oppakken en terug brengen naar de Nursery. Maar het deed er eigenlijk niet echt toe. Hij gaapte nog een keertje, waarna hij zijn ogen sloot. De verlangen naar een korte slaappauze was te groot geworden, dus hij gaf zich gewillig over. Het duurde niet lang of hij was al in dromen land. Waar zoete en fijne dromen hem gezellig vergezelden door zijn slaap. |
| | | | Onderwerp: Re: Waking up | |
| |
| | | |
| Permissies van dit forum: | Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
| |
| |
| |