"Hallo, ik ben Grimalkin." Zei de kater. "Ik ben niet nieuw maar ik ben op deze plaats gewoon nog niet geweest. Ik kom vanuit die straat daar. En Grimalkin wees met zijn staart naar een straat. "Aha, nu begrijp ik waarom ik je niet ken. Ik mag die straat niet echt. Ik ben daar een keer aangevallen door meerder katten die in die straat wonen." Zei ze tegen hem. "Wie ben jij?" Vroeg hij. "Ik ben Watership, vernoemt naar het lievelingsliedje van mijn baasje en mij. Leuk hè." Zei ze trots. "Laten we een blokje om maken, ik wil je beter leren kennen want je lijkt me wel aardig." En ze stonden samen op en liepen een steegje in. De kater was zo lief, hij vond niet eens dat ik veel vragen stelde. Dacht ze. "Laten we op dat bankje gaan zitten." Zei ze. "Dan kunnen we elkaar beter leren kennen." En ze sprongen op het bankje. "Ik woon in de Mousestreet. Dat is de buurstaat van de straat waarin jij woont. Daar zijn veel muizen en vogels die zo lekker smaken. In de buurt is ook een huis dat poezen en katten opneemt die alleen rondzwerven. Aardig toch van die twolegs?" Vertelde ze. Tegen hem. "Wat is er eigenlijk in jou omgeving?" Ze was eigenlijk toch een beetje nieuwsgierig naar zijn staat.