Het was stil alleen de harde wind kon je horen, de sneeuw vlokjes werden gedragen door de razende wind. Enjyu vond dit een goed idee om te jagen omdat de meeste katten niet jagen met slecht weer en harde stormen en wie zal het schelen als hij hier wat gaat vangen, hij staarde met ijzige ogen rond. Er was weinig te zien door de harde wind en weinig te ruiken en te horen, het was bijna onmogelijk om wat te vangen. Hij ging in jachthouding en tuurde rond, maar er was weinig te zien. Enjyu ging uit zijn jachthouding en bedacht zich net om ergens te gaan schuilen voor deze storm, hij dwarrelde rond op de witte vlaktes en wist niet welke kant hij heen ging. Er was niks om iets te herkennen alleen de koude ijzige sneeuw die als bakstenen naar beneden vielen, bomen, struiken en grassen waren bedenkt onder de sneeuw jas alleen was er te weinig te vangen. Enjyu gromde zacht en keek om zich heen, hij sprintte voort over de vlaktes en merkte een donker plekje op die je van een kleine afstand net kon zien. Het leek op een grot of een hol, dat kon hij niet goed zien maar het was iets waar hij kon schuilen. Schuilen voor de storm, schuilen voor alles. Waar het rustiger en fijn was om even niemand te zien, hij wilden niet dat andere ook kwamen. Even schudde Enjyu zijn massieve kop en ging naar binnen en bleef daar wachten.