Vrolijk huppelde Islandpaw langs de rivier, die bevroren was. Ze was zo blij dat ze eindelijk apprentice was! Nu kon ze huppelen, en dansen, en springen, en spelen, en ontdekken, en alles wat ze maar wou! Vroeger zat ze altijd maar in het camp, en nu kon ze eindelijk gaan ontdekken wat er daar buiten kwam! Langs de bevroren rivier zat er een poes. Ze keek nogal zielig voor zich uit, en de grijze poes vroeg zich af waarom ze zo alleen zat. Vrolijk liep ze op haar af, een lachje op haar gezicht. Ze had helemaal niet door dat deze poes eigenlijk nogal verdrietig was... "Hallo!", riep ze vrolijk. "Ik ben Islandpaw, jij Dukcloud, niet?" Als kleine kitten al had ze Duskcloud al ontmoet, die het toen nogal grappig vond dat ze de 's niet kon uitspreken. Vooral omdat haar naam dan heel grappig klinkt. Het enige was dat ze die letter nog steeds niet kon uitspreken, en dat dat misschien minder schattig klonk dan bij een kitten.. Niet dat Islandpaw daar veel aan dacht, daar was ze te vrolijk en naïef voor.