Het was een redelijk zonnige dag, en anders dan anders was Kestrelwing redelijk goed gehumeurd. Hij had vandaag een grote haas gevangen, en een paar muizen die hij dan zelf maar had opgegeten door de honger. Hij liep wat door het kamp, en staarde voor zich uit. Nee, vandaag moest hij niet aan vervelende dingen denken. Plotseling werd hij besprongen door een jonge kitten. Hij begon zijn poten ietwat onhandig aan te vallen. Het was natuurlijk onbegonnen werk, en Kestrelwing grijnsde. "Ook goedemiddag!" zei hij droogjes, en duwde de enthousiaste kitten zachtjes om. Het was nog koud buiten, maar hij verwachtte niet dat de kitten ziek zou worden van een beetje sneeuw. er ritselde wat achter hem, en hij keek de kitten even aan. "Excuseer me." met een grote sprong had hij een muisje te pakken. "Lust jij al vlees?" vroeg Kestrelwing vriendelijk.