Zijn ogen stonden moe, maar niet moe genoeg om de kittens en Kasumi niet te zien, liefdevol keek hij naar zijn mate en kitten, en daarna naar Filia. Langzaam stond hij op uit het geïmproviseerde, maar warme nest, en grijnsde naar Kasumi. Hij gaf haar een kopje, en liep toen de holle boom uit. Het lag redelijk laag hier, en dat was dan ook de reden dat de grote donderwolken hem zorgen baarde, meteen draaide de sterke kater zich weer om en stak zijn grote grijze kop de den in. "Opstaan! We moeten hier weg, Thunder Rises..."
- Kasumi en Kittens