Starclan's hate towards me .. [Lítill]

De jonge kater had veel geluk gehad. Hij was ongezien het TunderClan territorium uitgeslopen. Blij dat hij eindelijk nieuwe geuren kon proeven rende hij door het hoge gras heen. Alle geuren nam hij in zich op. Het was eindelijk verandering gekomen in het saaie alledaagse kampleven. Omdat hij geen mentor had die op hem lette was het eigenlijk nog gemakkelijker dan anders. Hij sloeg zijn klauwen in de verse aarde toen hij geritsel hoorde. Hij hield op en luisterde aandachtig. Het was vast een veldmuis geweest dacht hij waarna hij de geuren nog een keer proefde. Hij kende de bittere geur van Bloodclan katten maar rook die hier niet. Alleen een oude geur die er hing. Hij haalde zijn schouders op en haalde zijn nagels nog een keer door de aarde. Nog een keer hoorde hij hetzelfde geritsel waarna hij ophield met zijn nagels in de aarde zetten. Bedachtzaam deed hij een pootstap vooruit. Hij voelde geen angst, enkel nieuwsgierigheid. Er verscheen een grijnsje op zijn lippen maar spreken deed hij nog niet. Was het misschien een poesiepoes? Net als zijn waardeloze leider? Hij murmelde zacht en wachtte af.

Lítill's olijfgroene ogen keken kil door het kamp. Nog steeds was die leider van een Icy er niet. Ugh, zo slecht. Hij strekte zijn as-witte lichaam uit, zijn bruine-tabby staart in zijn ooghoek te zien. Hij zuchtte even, hij had vandaag voor het eerst sinds tijden geen zin om te vechten met rogues. Misschien een Clankat die verdwaald was? Ach wie weet hoorde hij nog wat sappige nieuwtjes over de Clans. Iets wat hun zwak maakte. Met langzame stappen ging hij het kamp uit, richting het Rogue's gebied. Uit zijn ooghoek zag hij dat er een rogue kater richting hem sprong, waarop hij kalmpjes bukte. "Volgende keer weer beter" zei hij tegen de kater waarna hij weer rustig wegliep. Hij vond niet wat hij wou vinden, dus wou hij weer richting het kamp keren toen hij een geur rook. Een geur van een Clan... "ThunderClan..." murmelde hij zachtjes. Hij sloop richting de geur, en kwam uit op een oudere apprentice. Hij sprong fier voor de kater. "Hallooo, wat hebben we hier hm?" zei hij ietwat kil tegen de apprentice. "Een ukkie die wat ver van zijn huis is niet waar?" zei hij met een gemeen lachje op zijn smoel. Dit kon nog wel eens leuk worden.

Hetgene wat had geritseld kwam tevoorschijn uit het lange gras. Nu pas proefde hij de geur van Bloodclan. Hij schudde zijn vacht en keek naar de kat die nu voor hem stond. Hij wilde net zijn bek opentrekken toen de kat voor hem begon te spreken waarna hij kort siste. Wat had die allemaal in zijn kop zitten? Muizenkeutels? Hij schudde zijn kop langzaam en keek met zijn amberkleurige ogen recht in de olijfgroene van de andere kater. "So what? They hate me. I don't need them" zei hij waarna hij zijn borst iets vooruit stak. Maar bij het zien van de halsband die de kat droeg voelde hij respect groeien. De kater voor hem had nogal wat tanden aan de halsband hangen. Zijn nieuwschierigheid werd gewekt. "How did you got those?" zei hij met een heel andere stem. Het was alsof de halsband langzaam zijn naam riep. Hij hield zijn kop scheef en ging zitten. De kater voor hem had een uitstraling die hem wel aanstond.

De kater siste naar hem, niet de beste stap om tegen hem te doen. "So what? They hate me. I don't need them" Een kater die zó praatte over zijn Clan? Dat vond Lítill wel interessant. De kater vond zijn halsband wel interessant, want hij keek er de hele tijd naar. "How did you got those?" vroeg de kater waarna hij met een scheef kopje ging zitten. "Gewonnen," zei hij wat kil tegen hem. "Gewoon samen met een vriend van me een paar honden gedood, of een sterke vijandige kat." zei hij trots tegen de kater, De kater leek geïnteresseerd in een halsband. Misschien kon hij hem overhalen om bij BloodClan te horen? Het was geen zwakke kater namelijk, en hij had blijkbaar haat gekweekt tegen zijn Clan, perfect voor BloodClan.

Hij kneep zijn ogen weer samen. Gewonnen door honden te doden? Hmm, die kwam je niet tegen in Thunderclan territorium. Hij haalde diep adem en besloot zijn vragen af te vuren. Hij haatte zijn eigen clan maar er was een verhaal dat hem stak en waar hij het niet met een korrel zout nam maar een heel vat. "I was wondering.. Did any Bloodclan cat killed a apprentice from Thunderclan? It was a small apprentice.." zei hij doelend op Oakpaw. Hij kantelde zijn oren naar voren. Dit was ronduit interessant. Misschien kon deze kat hem helpen. Hij had geen mentor en het enige was hij nu had was haat tegen zijn Clan. Hij ontspande zijn spieren even kort waarna hij ze weer aanspande. "Could I get a collar just like yours?" vroeg hij waarna hij zijn blik van de halsband naar de ogen van de kat verplaatste. Er begonnen meer vragen te rijzen zoals wie de Clanleader was van de Bloodclan en wat de naam was van de kat voor hem. Hij durfde er zijn staart om te verwedden dat deze kat hier voor hem grootse plannen had. Hij zuchtte en haalde adem. "Before I forget.. My name is Bramblepaw".

"I was wondering.. Did any Bloodclan cat killed a apprentice from Thunderclan? It was a small apprentice.." vroeg de kater hem. "Niet dat ik weet, maar we spreken elkaar niet altijd. Meestal zit je in een groepje en kom je alleen bij elkaar bij grote gevechten en ceremonies." zei hij kalmpjes. "Could I get a collar just like yours?" vroeg de kater doelend op zijn Halsband. "Tuurlijk kan je dat, alleen in die oh zo genaamde Clans van jullie mogen jullie geen halsbanden dragen." zei hij wat toneel spelend. "Zo'n halsband krijg je als je in BloodClan je Membership afsluit nadat je Young One bent geweest. Dan is je doel om een Kittypet te vermoorden, dan mag je die halsband hebben." het woord Kittypet spuugde hij er zowat uit. "Before I forget.. My name is Bramblepaw" zei de kater. "Bramblepaw, zo'n stomme Clan naam. 'Je moet persé kit achter je naam hebben. Je moet persé paw achter je naam hebben. Nee je mag je eigen achtervoegsel niet verzinnen, die verzin ik wel door die stomme Starclan ieee' " zei hij bespottelijk, "Mijn naam is Lítill," stelde hij zichzelf voor. "Dus, je klinkt wel geïnteresseerd voor BloodClan hm?" vroeg hij aan de kater. Als hij zoveel vragen stelde en hij zijn halsband wel cool vond... De meeste katten vonden het lelijk en angstaanjagend.

Er kwam verbazing in zijn ogen. Clankatten waren bang van de halsbanden van de Bloodclan katten? Nu hij ook wist wat hij er voor moest doen haalde hij enkel zijn schouders op. Wat kon hem zo'n stomme Kittypet schelen? Er waren een helehoop dingen besproken in die korte tijd. Terwijl hij dat alles verwerkte sprak de kat voor hem zijn naam uit. Lítill. Ook sprak Lítill over de namen die ze in de clan's kregen. Hij knikte. Dat klopte, dat ze perse kit en paw achter hun naam moesten hebben alleen maar omdat een stel dooie katten dat hen verteld had. Maar veel keuze had hij op het moment nog niet. Bedachtzaam stelde hij zijn volgende vraag aan Lítill. "Lítill? Why a kittypet? And why not a Clán cat?" zei hij waarna er een valse grijns op zijn lippen begon te spelen. Hij kon wel meerdere dingen regelen. Ook had hij al een slachtoffer op het oog. Quickpaw doden of heel ernstig verwonden.
Dus de Bloodclan katten leefden in groepjes en niet in een gigantische groep. Zoals hij het hoorde was het ieder voor zich na de trainingen. "I hate my Clan for what they did to me. I was supposed to train with a mentor. That cat dissepeared and after that.. I had no mentor. That stupid Kittypet leader didn't even care about me. He had to give me a new mentor. Ugh." zei hij de woorden uitspugend. Hij was het zo zat om geen training te krijgen, genegeerd te worden en als grofvuil aan de kant geschoven te worden. Misschien dat dat de reden was dat hij zo gemakkelijk het kamp had kunnen verlaten. Hij speelde even met die gedachte toen hij knikte op de nieuwe vraag van Lítill. Hij voelde een zekere interesse voor de Bloodclan. Maar zouden ze hem wel willen?

"Lítill? Why a kittypet? And why not a Clán cat?" vroeg de kater, hij grinnikte wat. Hij was wel erg gedreven. "Omdat die Clankatten van jullie geen Halsbanden dragen. Als je een Kittypet dood, krijg je de halsband die de Kittypet omheeft, als een trofee." zei hij tegen de kater. "I hate my Clan for what they did to me. I was supposed to train with a mentor. That cat dissepeared and after that.. I had no mentor. That stupid Kittypet leader didn't even care about me. He had to give me a new mentor. Ugh." Kittypet leader? Betekende dat... Een gemene glimlach ontstond op zijn gezicht. "Dat is dan niet slim van hen. In BloodClan is het uiterst belangerijk dat onze Young One's worden opgeleid tot echte vechters en overlevers. Als we ooit weer een gevecht krijgen met die zogenaamde Clans, moeten we sterker zijn dan ooit." zei hij kalm. "Maar vertel eens wat meer over die Kittypet leader, wat is er gebeurd met die al zo machtige 'Bluestar' hm? Betekent dit dat ThunderClan zwakker is op dit moment?" vroeg hij de kater, Bluestar weg voor een Kittypet die hun vorige leider had vermoord. "Want ik heb nog wel een appeltje te schillen met die Kittypet." zei hij tegen de kater.

Zijn interresse was nu helemaal klaarwakker. Wat een geweldig leven zou dit kunnen worden! Hij rekte zijn spieren op maar realiseerde zich juist op dat moment dat hij helemaal niks uit kon richten. Hij kon wel wat brute kracht gebruiken maar dat was het dan ook wel.
Een halsband kreeg je dus als je een Kittypet had gedood? Hij knikte en dacht na over wat voor kat zijn slachtoffer zou moeten worden. Firestar was geen optie. Die kat had zijn halsband allang verloren ergens en daar waren zo veel verhalen over dat hij ze allang verworpen had. Terwijl hij langzaam wegdroomde hoorde hij de woorden van de kater voor hem. Hij knikte ten teken dat Bluestar dood was gegaan. "Indeed. She passed away and now thát Kittypet" zei hij de woorden uitspugend "Pretents to be a leader. Even a Kit could lead the Clan better then he does" zei hij zacht grommend. Blijkbaar had Lítill nog wat ongedane zaken bij zijn Clan en hij haalde enkel zijn schouders op. "Bluestar's death has made the Clan vulenarble that's true. But the things are still the same way. More and more apprenticces have no mentor but they accept it and I don't. If I can help you with Firestar's death I would love to do so. And some more Clan members I guess too. But because of Starclan they don't attack him and he was one of the most beloved cats by Bluestar. That's the only reason why he is still alive" zei hij waarna hij zijn nekhaar kort overeind zette tegen een kille bries. Ookal had hij lange haren toch voelde het wat fris aan. Leafbare was nog niet begonnen maar er was iets dat hem zei dat er meer ogen toekeken dan waar dat hij zelf weet van had. Hij liet snel dat idee los en dacht aan hoe deze kater voor hem hem misschien kon trainen. Zou hij dat doen? "Lítill? Could you train me? I do have some strenght but don't know how to use it.." hij liet zijn kop een beetje hangen. Het vroeg veel tijd om van leerling Warrior te worden. En ergens wilde hij wel graag zijn Warrior naam krijgen voordat hij de Clan zou verraden. Dat was dubbel verraad en zou extra pijnlijk zijn. Er verscheen een duistere blik in de ogen van de jonge kat die het daglicht niet kon verdrijven. Hij zou de ondergang van de Clan zelf verzorgen als het moest. Alleen maar om die mousebrain van een Leader af te zetten.

"Indeed. She passed away and now thát Kittypet" zei hij de woorden uitspugend "Pretends to be a leader. Even a Kit could lead the Clan better then he does" Mooi, hij kon dan wat meer plannen stoken met Miles, echt mooi. "Bluestar's death has made the Clan vulenarble that's true. But the things are still the same way. More and more apprenticces have no mentor but they accept it and I don't. If I can help you with Firestar's death I would love to do so. And some more Clan members I guess too. But because of Starclan they don't attack him and he was one of the most beloved cats by Bluestar. That's the only reason why he is still alive" zei de kater en hij keek hem aan met zijn olijfgroene ogen. "Ik denk dat dat nog wat vroeg is. Ik wou dat ik het nu kon doen. Maar ja, ik zou het liefste met heel BloodClan ThunderClan overnemen, waarna alle andere Clans. Maar van 'Icy' mag het niet." zei hij tegen de kater. "Lítill? Could you train me? I do have some strenght but don't know how to use it.." Lítill dacht even na, hoe moest hij hierop reageren? "Ik denk het wel, al is het een harde training. Ik zal niet onder doen, en ik zal je behandelen als een Young One." zei hij ietwat kil. Ja, trainingen bij hem waren hard. Als je niet hard genoeg werkte kon je een pets voor je kop krijgen. Als je hem negeerde kon hij al snel agressief reageren en je ook een mep geven. Nee, trainingen van hem was eigenlijk dat geen enkele kitten wou. Maar wist deze kater dat? Nee. Die zou het nog wel ondervinden.

De kilheid Lítill sprak liet hem niet twijfelen. Hij was eindelijk zeker van een mentor en van training. Eigenlijk was hij het liefst gelijk doorgedenderd met zijn vagen toen de naam Icy viel. Hij klapte zijn bek dicht en groef in zijn geheugen. Hij had verhalen gehoord in zijn eigen Clan over de poes. Dat ze Stormstar had aangevallen maar of ze had gewonnen of verloren was altijd in het midden gelaten. Hij draaide met zijn oren en dacht na over zijn antwoord. Hij wilde hier eigenlijk direct over verder vragen maar besloot het te laten rusten. Hij boog zijn kop ten teken van dankbaarheid. "Thank you Lítill. Once I join Bloodclan, and I hope it's very soon I can report for training. But for now.. How would you like to do it ?" na deze woorden gezegd te hebben wiebelde hij met zijn oren. Iets liet zijn vacht langzaam overeind gaan staan. Het was niet de Bloodclan kater hier voor hem, het was iets anders. Hij haalde diep adem en sprak "What's that?" waarna hij zoekend om zich heen keek. Als het een Clankat was van zijn eigen Clan was dan was hij het haasje. Hij wilde meer informatie voor de kater hier voor hem inwinnen.

Onderwerp: Re: Starclan's hate towards me .. [Lítill]