Within's ranke lichaam bracht haar voort door de bomen die zich steeds maar weer leken te vermenigvuldigen. Het was een groot bomenkoningkrijk, maar met haar snelle passen waren de bomen makkelijk te ontwijken. Zo nu en dan viel er een natte druppel uit de lucht die op een van haar ledematen viel. De meesten kwamen op haar neus, maar het deerde haar allemaal niks. Met dit weer waren niet alle kloojo's hier te zien en waren alleen degene buiten die regen gewoon als iets allendaags zagen. Haar nagels klauwden zich vast in de natte grond om de aarde vervolgens weer los te laten, en zo ging het bij elke stap verder. Ook bleven er kleine afdrukken over van haar poten, en ja, zo ging haar reis eigenlijk al de hele tijd. Within schudde haar hoofd even heen en weer om de gevallen druppel water van haar hoofd te krijgen, en langs haar oog rolde een druppel naar beneden. Meteen bleef er een duidelijke natte streep op haar kop zitten. Ze versnelde haar pas iets en rende slalomde door de razende bomen heen, die door haar snelheid als een bezetende op haar af leken te komen. Hup, met een snelle en soepele beweging was ze de boom ontweken. Een korte grauw verliet haar bek, waarbij haar sneeuwwitte tanden even snel blonken bij het maanlicht. Ze herkende door de geuren die in dit gebied hingen meteen dat het een van de Rogue-plekken waren. Hier hoorde ze thuis, als BloodClan. Haar felblauwe ogen straalden gevaarlijk in de duistere nacht. Kwam er iemand aan? Ze rook een onbekende geur en met een grissende beweging draaide ze haar hoofd om richting de geur en het ondertussen gekraak. "Kom tevoorschijn." zei ze. Beval ze. Haar ogen stonden nog steeds strak en toonloos op de bosjes gericht. Hmm, ze was nu echt niet bepaald in voor gezelschap.