De jonge Apprentice sleepte wat mos met zich mee, hij moest zijn nest nu gaan maken voor de eerste dag als Apprentice. Eenmaal in de Den aangekomen keek hij rond, het was al aardig vol. Hij vond een leeg plekje en liet zijn mos hier vallen. De meeste nesten waren leeg, behalve dat gene naast hem. Nieuwsgierig keek hij naar de harige, grijze bal. "Hallo, ik ben Sparrowpaw!" Miauwde hij en plofte neer op zijn nest. Hij hoopte dat deze kat gezellig was, want hij was dat namelijk wel en soms had hij er nog wel behoefte aan om met iemand te praten.
Tᕼᕮ ᗯOᖇᒪᗪ’S STIᒪᒪ Tᕼᕮ Sᗩᗰᕮ. Tᕼᕮᖇᕮ’S ᒍᑌST ᒪᕮSS Iᑎ IT.
ᗪᕮᗩᗪ ᗰᕮᑎ Tᕮᒪᒪ ᑎO TᗩᒪᕮS