Raspberrypaw gleed door de schaduwen. Een waterig zonnetje wrong zich binnen tussen de pines door.
Het licht wierp een vlekkerig en onregelmatig patroon op de harde grond met dennennaalden. Af en toe prikte er eentje zacht in haar kussentje, maar dat voelde de jonge she-cat amper.
Hier was ze wel al gewoon aan. De rossige kattin sloop naar een schaduw, en keek of ze ergens een muisje zag.
Na wat rondkijken zag ze iets bewegen in de struiken. "Thanks Starclan," mompelde ze. Ze zakte in jachthouding, en sloop zacht naar het dier toe.
"Spijtig dat deze onder de varens zit .." dacht Raspberrypaw. De varens wiegde zachtjes in de wind.
De she-cat zakte eens extra diep door haar poten, en wiegde met haar heupen. Ze sprong op en lande bovenop haar prooi.
Een geschrokken kreetje kwam uit haar mond toen ze merkte dat ze op een kat was gesprongen. Vol schaamte ging ze zitten. "Oh, het spijt me Sequoiafall, ik dacht dat ik een prooi achterna ging." zei ze, terwijl ze met haar staart verontschuldigend tegen de poes' oor tikte. Langzaam hief ze haar hoofd op, en keek naar Sequoiafall. "Alles .. Oké? Ik hoop dat mijn nagels je gemist hebben." Ze strekte haar rug en ging zitten.