{SPT} Flying birds.

Rustig verliet de langharige grijze kater de warriors den en keek hij even met een sceptische blik rond. Hij geloofde niet bepaald dat Dawnpaw, de kater met wie hij enkele tientallen minuten geleden aan het praten was, zich aan hun afspraak zou houden. Hij had al meerdere verhalen over 'm gehoord, en dat waren niet bepaald de leukste verhalen. Ach ja, hem maakte het niet echt veel uit hoe de kater tegen hem deed, want feitelijk ging hij gewoon maar jagen voor de Clan. En dus niet om tijd met hem door te brengen. Een zucht rolde over zijn lippen en met een rustige tred liep hij naar de uitgang van het kamp toe. Hier had hij afgesproken met de rossige kater, eens zien of hij werkelijk kwam opdagen. En zo niet, dan ging hij maar alleen jagen, punt.

+Dawnpaw.

Dawnpaw opende slaperig zijn ogen. Hij keek wat verveeld naar buiten. De regen was inmiddels opgehouden. Moest hij niet iets doen als de regen was opgehouden? De kater fronste, maar grijnsde toen. Hij zou met Graystripe gaan jagen, dat was waar ook. Hij mocht de kater wel, hij leek niet zo snel aangebrand te zijn. Hij zou eens laten zien dat hij geen mentor nodig had. De kater stond op en schudde zijn vacht uit. Hij trippelde het kamp uit terwijl hij het geur spoor van de grijze kater volgde. Uiteindelijk zag hij de warrior staan. "Ben er"Zei hij al grijnzend. "Waar wil je heen gaan?"

Laat sorry D:

Hij keek even op toen de kater uiteindelijk toch in zijn zichtveld verscheen en wiebelde even met zijn oren. "Ben er." Zei hij al grijnzend. "Ja, dat kan ik zien." Greens hij terug. Maar hierna haalde hij even diep adem en keek hij de rossige kater op een neutrale manier aan. "Waar wil je heen gaan?" "Maakt mij niets uit, kies jij maar."