Het was nog vroeg in de ochtend toen Lionpaw de apprentices den uitwandelde. Eigenlijk had hij daar geen reden toe, maar hij kon gewoon de slaap niet meer vatten en dus liep hij de den uit om de zon te zien opkomen.
Ineens zag hij nog een kat langs zich lopen. Het was ook een apprentice. Ze was slank en met een gestreepte vacht als van een luipaard. Haastig liep ze naar de den van de leider Bluestar toe.
Waarom ging te apprentice zo vroeg in de ochtend al hun leider bezoeken? Puur uit nieuwsgierigheid rende Lionpaw achter haar aan, in de hoop om iets meer te weten te komen.
"Wanneer krijg ik een mentor, bluestar?" vroeg ze zachtjes toen ze voor de den stonden en hij vlak achter haar stond. Ineens schoot de gedachte door zijn hoofd dat hij zelf nog geen mentor had en dat hij het miste om samen met andere apprentices en warriors in het bos te jagen en hun eigen prooi te vangen. Ja, er moest dringend weer eens een nieuwe ceremonie komen. Maar sinds de dood van zijn vader keek niemand nog naar Lionpaw om.
"Je krijgt heus wel een nieuwe mentor," fluisterde hij haar toe. "Maar je moet even gedult hebben. Laten we iets nuttigs doen en Bluestar niet wakker maken.."
Steelheart | Lionpaw | Poisonrose