Soms moet je dingen zoeken die je in het verleden hebt achtergelaten,
Juist omdat die dingen veel kunnen betekenen.
Als je iets achterlaat waar je van houd en gaat denken, kom je er achter hoe erg je iets kan missen. Ik heb alles in de steek gelaten, omdat ik geen zwakheid wilde tonen, maar nu ben ik terug! Weer sterk net als vroeger. Weer dezelfde ijzige ziel als die ik altijd had. Opzoek naar mijn zus, die het meest voor mij betekend
Smeyer liep door het hoge gras. Ze liet zich langzaam in sluiphouding zakken bij het ruiken van een vreemde kat. Het was doodstil. De andere kat had haar blijkbaar dus ook geroken. Ze sloop dichterbij. De kat verplaatste zich richting de achterkant van haar. Ze draaide mee. Ze sprong naar achter.
Ze kwam op een open plek tussen het hoge gras. Ze hoorde het gras ritselen. voor haar kwam een kat uit het hoge gras. ''Smeyer, dit is jou einde'' Sprak de kat. Smeyer keek haar aan. Ze kende de gespierde poes niet. Op haar gezicht was ergens een verdrietige uitdrukking te zien. Vroeger zou je geen emotie hebben gezien maar Shadow had haar emotie naar boven gekregen, daarom ging ze ook weg. Ze wilde geen zwakheid meer tonen, maar ze liet Darkblood en Shadow achter, het deed haar pijn maar het was het besten. Ze keek de kat schuin aan. ''Ik denk dat het eerder jou einde word''Sprak ze ijzig. De kat lachte vals. Ze sprong op Smeyer. Haar nagels boorde in haar vacht. Ze piepte zacht van de pijn, en beet vervolgens de poes in haar nek. Ze proefde het bloed. Ze deinsde achteruit, terwijl ze gilde van de pijn. Smeyer sprong op, en rende op de poes af. Ze sprong en beet in de rug van de poes. De poes draaide, en ze rolde samen over de grond. Smeyer viel met haar hoofd op een paar stenen, en de kat viel boven op haar, en boorde haar nagels in haar nek. Smeyer draaide en kwam boven op de poes terecht. De poes kon geen kant meer op. Smeyer was super duizelig, en het voelde alsof ze ieder moment bewusteloos kon vallen. Ze onderdrukte de duizeligheid, en beet de poes in haar nek, en boorde haar nagels in haar borst. De poes schreeuwde van de pijn. Even probeerde ze weg te komen maar het was te laat, Smeyer had de poes gedood. Smeyer bloeden helemaal. Ze liep richting een grot die niet ver was. Ze wankelde vaak. Ze was op de helft van de weg naar de grot, toen ze bewusteloos viel.
De regen viel op haar lijfje dat in het veld lag. Ze opende haar ogen. Het was donker. Hoelang had ze hier gelegen? Ze voelde zich zwak, maar stond toch op.
Smeyer opende haar ogen. Ze had gedroomd over de dag dat ze weg ging. Vandaag was de dag dat ze besloot terug te keren. Ze was weer helemaal gezond en zichzelf. Ze keek de rond. Ze hoorde een muisje in de hoek van de schuur waar ze had verbleven. Ze ging in jachthouding en dode de dikke muis die daar rond scharrelde. Ze at hem snel op, en ging naar buiten. Ze ademde de frisse lucht in, en rende vervolgens richting haar kamp. Ze zag een zwarte poes liggen. Was dat Darkblood? Ze stond even stil om goed te kunnen kijken. Ze zag kittens, dus het kon Darkblood niet zijn. Ze trippelde dichterbij. Ze keek naar de grond met een ijzige blik. 'Smeyer?' Hoorde ze fluisteren. Huh wie was dat dan? 'Smeyer! Ben jij dat?' Riep de bekende stem van Darkblood. Huh? Sinds wanneer was Darkblood zwanger, en wie was de vader?! Smeyer trippelde met de zelfde ijzige blik als daarnet naar Darkblood. Diep van binnen was ze super vrolijk al straalde ze dat niet uit. Darkblood kende haar honderd procent dus snapte ze dat wel. 'Wat heb ik je lang niet gezien! Hoe gaat het?' Sprak Darkblood. ''Met mij gaat het goed, en sinds wanneer heb jij kittens en wie is de vader, heeft iemand je pijn gedaan?'' Vroeg Smeyer op een ijzige toon. Gelijk recht door zee begon ze met haar vragen zonder te vragen of het ook wel goed met haar ging. Als het om haar zusje ging gaat ze door vuur.