Morningcloud's ogen vernauwden zich, de spieren onder haar bruine vacht spande zich. Ze zette zich af, heel even vloog ze met uitgestrekte klauwen door de lucht voor die zich in het geschrokken vogeltje boorden. Een zielig piepje ontsnapte uit zijn keel voordat de gevlekte warrior er een eind aan maakte. Tevreden keek ze neer op de mollige ekster die ze net gevangen had. Rustig ging ze liggen op de boomtak en stopte haar pootjes onder haar borst. Ze keek om zich heen, ze lag op een brede tak wat hoger in de boom, omringd door gele, rode, en bruine en nog steeds groene blaadjes van de eikenboom. In deze tijd van het jaar was het bos altijd het mooist, met de gekleurde bladeren en paddestoelen. Het was wel jammer van het slechtere weer en de prooi die steeds schaarser werd. Plotseling kwam de zon achter de wolken vandaan, ze knipperde even met haar ogen tegen het felle zonlicht. Ze voelde hoe de wind aanflakkerde en een geur zwakjes haar kant op blies. Ze rook de smerige geur van adders, ze keek op en zag in de verte de snakerocks. Ze had geen idee dat ze zo ver van de owltree was gedwaald. Ze stond op, pakte de ekster op en draaide zich om om weg te gaan bij die rotbeesten die daar leefden. Ze gleed langs de stam naar beneden en liep op een drafje weg, toen een geluid haar liet verstijven. Ze draaide haar oren naar achter om het beter te horen. Nee, ze had zich niet vergist, ze kende dat geluid maar al te goed. Ze liet haar prooi vallen en stormde zo snel als ze kon in de richting waar het geluid vandaan kwam, ze rook nu meer geuren, de veel sterkere geur van adder en de geur van een thunderclanner. Ze kon wel raden wat er gebeurd was. Ze sprong tussen wat struiken door, en zag een jonge warrior, die ze herkende als Owlcoat, op de grond liggen, moeilijk ademhalend en duidelijk gebeten door een adder. Owlcoat! riep ze geschrokken, ze zakte door haar poten en keek bezorgt naar de gewonde poes. Owlcoat, ben je er nog? vroeg ze, en beet haar zachtjes in haar oor, hopend dat dat haar bij bewustzijn zou brengen. Ze stond op. Wat moet ik nou doen?? dacht ze wanhopig.