Camarovi opende de kaken van haar mond en zoog de warme boslucht op. Heel licht, proefde ze de geur van een malse spitsmuis. Het was Greenleaf en het woud zat vol met prooi. Roerloos bleef Camarovi luisteren. Slechts een paar kattenlengtes van haar af zat het diertje verstopt tussen de varens. Rustig dook Camarovi ineen, de wind kwam niet van haar richting. Ze zette haar hele gewicht op haar flanken, zodat de muis haar pootstappen niet kon voelen. Camarovi veerde vooruit, naar de varens. De muis schoot weg naar de veiligheid van zijn holletje, maar Camarovi had hem al te pakken. Ze gaf de spitsmuis een scherpe beet, en nam hem in haar kaken. Ze liep op een holletje naar haar favoriete eetplek, een uitstekende rots boven de rivier, en liet daar de spitsmuis vallen. Op haar gemak at ze de muis op. De zon was nu op haar hoogste punt, en de muis en de zon maakte haar slaperig. Loom rekte zich uit. Een dutje kon er weg vanaf, zeker in dit warme weer. Langzaam vielen haar ogen dicht, en Camarovi viel in een rustige slaap.